woensdag 30 december 2015

Huisje, tuintje, kindje

Alle goede dingen komen in drievoud.
Zon, zee en strand.
Sex, drugs en rock-'n-roll.
En huisje, tuintje, kindje.

Het kindje was er al, en sinds gisteren ook een huisje en een tuintje. 
Want wij hebben gekocht! 
Ontzettend spannend vind ik dat, en nogal duur ook. Maar wel heel leuk. Ik kijk er zo naar uit om te verhuizen, het voelt voor mij echt aan als een nieuwe start. 

Het gaat zo goed de laatste weken en ons huis is echt de kers op de taart. 
Ik voel me zelfzeker, en gelukkig. Ik voel me al eventjes weer een beetje mezelf. 

Ik heb de raad die ik krijg tijdens de therapie zo goed mogelijk opgevolgd. Balans zoeken in werk, huishouden, Niel en mezelf. Tijd alleen spenderen en dingen doen die ik echt wil doen. Alleen. 
Het opruimen en het kuisen kan ik beperken tot het noodzakelijke. 
En ik ben een muurtje aan het bouwen, eentje tegen alle depressieve gedachten en negativiteit. Het is nog een heel laag muurtje, uiteraard, maar soms blijkt het al hoog genoeg. Soms slaag ik erin om heel bewust mezelf een halt toe te roepen als ik voel dat ik de verkeerde richting dreig uit te gaan. 

En zo komt het dat ik mij al een week of twee terug 'normaal' voel. Ik voel me de mama die ik wilde zijn voor ik zwanger was. Want als er één ding was waar ik zeker van was, waar ik echt goed in zou zijn, dan was het wel mama zijn. 
Ik was ervan overtuigd dat ik ervoor geboren was. En als ik de eerste verhalen op mijn blog opnieuw lees, dan zie ik dat die ontspannen mama er nog was toen ik net zwanger was. En gaandeweg is die veranderd in een onzekere seut die aan alles begon te twijfelen. 

Nu ik het eventjes allemaal helder kan bekijken, vind ik het moeilijk om te begrijpen waarom het ooit zo ver is kunnen komen. Hoe ik mezelf zo heb kunnen verliezen tijdens heel deze periode. Want zo ben ik niet. 

Sure, ik ben van nature een twijfelaar, en ook heel onzeker. Maar dat is nooit van toepassing geweest op mijn mama-kant. Ohnee, ik wist perfect wat ik wilde, wat ik belangrijk vond, ik vertrouwde 200% op mijzelf en mijn buikgevoel, de zorg en de opvoeding schrikten mij totaal niet af. En daar wil ik terug naartoe. 

Het was voor mij een openbaring toen Niel zich enkele dagen geleden omrolde en met zijn hoofdje tegen een stoel botste. Er was groot verdriet, ik heb hem opgeraapt, heel kort getroost en dan afgeleid met een speeltje. En ik dacht, goed gedaan. Kinderen vallen en doen zich pijn. En mama's rapen ze op en troosten ze. 
Een maand geleden had ik me de hele dag schuldig gevoeld. En doodongelukkig. En de slechtste mama ooit. 
Maar toen niet. Neen, ik voelde me heel goed bij mijn handelingen (die recht uit de buik kwamen).

Ik zeg het al zo lang, en nu begin ik het eindelijk zelf te geloven: je buikgevoel is het enige juiste. Het is puur natuur. Een mama weet wat het beste is voor haar kind, vanzelf. En het kan mij eigenlijk geen bal schelen dat Kind en Gezin zegt dat het nog niet mag, ik prop momenteel alles in Nieltje zijn mond. Omdat mijn gevoel zegt dat het ok is. 
Soms slaapt hij bij mij, en soms in zijn bed. En het voelt allebei goed. 
Soms laat ik hem wenen, en soms niet, afhankelijk van wat mijn buik zegt. 

En ik begin nu te leren dat het meer dan ok is dat mensen proberen meningen op te dringen, te zeggen wat je best doet en niet doet. Ik laat ze zeggen. Want ik weet het beter. 
Zou ik toch een goede mama zijn? 

Ik ben er zo klaar voor om alles achter mij te laten. Laat het toeval zijn dat dat besef vlak voor nieuwjaar komt. Want ik heb maar één voornemen: het is genoeg geweest, er is genoeg geweend, getwijfeld en gestraft. Ik ben het zo beu. Nu is het tijd voor leukere dingen, voor genieten van mijn favoriete drievuldigheid: Niel, David en ik. 

In ons nieuw huis natuurlijk!


woensdag 23 december 2015

Therapie

We zijn begonnen met de therapie, eindelijk.
Bij het intakegesprek, bij ons thuis, waren een psychologe en verpleegkundige aanwezig. Het bleek achteraf niet hun plan te zijn, maar ik ben direct begonnen met het hele verhaal eruit te smijten. 
Het moest eruit. 
Ik heb serieus mijn best gedaan om de boel zo gestructureerd en volledig mogelijk te vertellen. 
De zwangerschap en het effect van mijn diabetes. De schuldgevoelens.
De bevalling en hoe het allemaal misliep voor mij.
En de maanden daarna. De lange, lange maanden erna...

Maar ook (ik zou het bijna vergeten vermelden) de hemelse voorbije weken. Want Nieltje is de oude Nieltje niet meer. Al een maand of twee is hij een droom. Hij lacht, hij speelt, hij babbelt, hij slaapt, hij eet, hij zit, hij is dolgelukkig. Aargh, hij is het heerlijkste op aarde.

Na een uurtje te ratelen was de eerste conclusie snel getrokken: ik ben een van de vele perfectionistische moeders die de lat zodanig hoog leggen dat een mental breakdown onvermijdelijk is. Gelukkig is mijn band met Niel goed, maar die met mezelf is momenteel onvindbaar.
Hoe meer ik erover nadenk, hoe meer ik besef dat ik mezelf niet meer ken. Ik die dacht dat ik een rustige moeder ging zijn, een strenge misschien ook. Die dacht dat ik mij nooit zou opjagen in de kleine dingen. Die volop zou genieten van mama zijn... Waar is die naartoe?

Ik ken de flippende overachiever niet die ik nu ben. 

De tweede conclusie was gelukkig dat eraan kan gewerkt worden. Dat er verschillende elementen uit mijn relaas naar voren kwamen die voor hen heel herkenbaar waren en waarmee zij aan de slag konden. 

Dus er wordt eindelijk actie ondernomen. De negatieve gedachten moeten eruit, de onzekerheid en de twijfels, de eindeloze zelfkritiek. En ook al lijkt het onmogelijk om de denkpatronen die ik de laatste 26 jaar heb geleerd te veranderen, ik moet erin geloven dat het kan. 
Dat ik ooit weer rust zal vinden en zal kunnen vertrouwen op mijn buikgevoel en zo automatisch een stabielere mama zal worden. Dat ik niet meer constant overal bevestiging hoef te zoeken. 

Want ik heb op een bepaald moment beseft dat ik, door alles perfect te willen doen, ik Niel geen plezier doe. 
Want er is geen ruimte voor fouten. Voor spontaniteit. 

Ik zou zo graag willen weten hoe ik die controle kan loslaten. Ik merk dat ik er op goede dagen wel in slaag om mezelf te corrigeren wanneer het nodig is. Ik doe mijn best om negatieve gedachten te stoppen, om mij niet op te jagen in een beetje rommel thuis of een 'kwetsende' opmerking. 
Maar er zijn jammer genoeg ook nog slechte dagen, waar de controlefreak in mij op volle toeren draait. Dan moet het huis piekfijn in orde zijn. En dan controleer ik alles, wat Niel eet, welke kleren hij moet dragen, waar en wanneer hij moet slapen... En dan maak ik mijzelf wijs dat ik daar rust in vind. 

Ik moet het tijd geven. En beginnen met kleine dingen. 
Niel zijn flessen vliegen nu in de vaatwas, in plaats van ze met de hand af te wassen en te steriliseren. 
Hij heeft een potje appelmoes gekregen in plaats van verse fruitpap toen ik bij een vriendin op bezoek ging. 
Ik ververs zijn fopspeen niet meer dagelijks. 
Ik doe mijn best om eerst mijn dag te plannen en dan te zien hoe ik er dutjes en voedingen in gepland krijg, in plaats van omgekeerd. 
En Niel zijn dutjes zijn nu mijn vrije tijd. Misschien wel de belangrijkste les die ik tot nu toe van de therapie heb geleerd: huishouden doe ik als Niel wakker is, zodat ik kan ontspannen wanneer hij slaapt. Wat een openbaring! Want ik doe het al 7 maand omgekeerd waardoor tijd voor mezelf zo goed als onbestaande was..

Want dat is blijkbaar ook een groot werkpunt. Ik kan de keren dat ik tijd voor mezelf genomen heb de laatste maanden, zonder Niel, op twee handen tellen. Daar ben ik, onbewust, zwaar in de fout gegaan. Dus ik moet nu een tijdsschema bijhouden om te zien hoe ik mijn tijd verdeel over Niel, mezelf, huishouden, werk, noem maar op.. 

Ik heb nog een heel lange weg af te leggen en voor iemand die zo ongeduldig is als ik is dat heel moeilijk. Maar het moet. En ik ben alleszins heel gemotiveerd om de dingen aan te pakken.

To be continued!

maandag 14 december 2015

Geleerde lesjes

Ik hoorde onlangs van een toen nog zwangere en nu net bevallen mama dat ze mijn blog eng vond om te lezen.
Hmm, daar ging het doel van mijn verhaaltjes eventjes de mist in. Want dat is helemaal niet mijn bedoeling.

Mijn verhaal is jammer genoeg niet altijd rooskleurig, maar gelukkig ook niet de norm.

Ik wist gewoon heel weinig toen ik aan mijn blog begon en heb gaandeweg de dingen beschreven zoals ik ze ervaarde. Heel eerlijk.
Ondertussen weet ik veel meer.

Zo ontdekte ik dat de roze wolk een illusie is. Ik heb ze nooit gezien. Onlangs zei een vriendin van mij dat de roze wolk een verzinsel is dat mensen moet overtuigen om aan kinderen te beginnen. Ze zou wel eens gelijk kunnen hebben. We zijn toch niet allemaal zo naïef om te geloven dat slaaptekort, huilende baby's en kakpampers ons gelukkig gaan maken? De roze wolk is iets waar we maar al te graag in geloven.

Ik ontdekte ook dat een weekend veel langer is dan altijd gedacht. Zaterdag en zondag bestaan namelijk uit een voor- én namiddag.
Terwijl opstaan om 7 uur vroeger ondenkbaar was, voelt het nu aan als uitslapen. En de dag is plots eindeloos lang, waardoor je beseft dat je uren van je leven verspild hebt. De invulling van het weekend is nu ook helemaal anders. De hele avond in pyjama in de zetel liggen wordt plots de perfecte Saturday night.

Om mijn pas bevallen vriendin een hart onder de riem te steken: die vermoeidheid word je écht gewoon. Dat is geen fabeltje die ze parents-to-be wijsmaken. Een hele week doorkomen met 4 uur slaap per nacht? Meh, easy.

Die eerste weken zijn moordend. Echt moordend. Op dat moment heb je er geen boodschap aan dat mensen zeggen dat het beter wordt. Maar het is wel zo. Plots slapen ze door. Of hebben ze niet meer zoveel flesjes nodig. Of ze beginnen met vaste voeding en kunnen rechtop zitten en alles wordt op slag iets gemakkelijker.

Prioriteiten veranderen volledig. Vroeger was jij het allerbelangrijkste (en ik denk dat dat voor iedereen zonder kinderen zo is). Maar eens dat bolletje er is, kom jij zonder enige twijfel op nummer twee. Je schuift je vrije tijd, hobby's, gezondheid, vriendschappen en alles wat ooit belangrijk was met plezier opzij omdat je kind je zou kunnen nodig hebben. Het is de meest natuurlijke zaak van de wereld.

Er zijn twee planeten. Die van mensen mét kinderen en die van mensen zonder kinderen. En we kunnen echt hard ons best doen, elkaar verstaan is onmogelijk. Wat het is en hoe het voelt om mama te zijn kan je niet uitleggen met woorden. Mama's verstaan elkaar, en herkennen bepaalde verhalen van elkaar. Mensen zonder kinderen weten totaal niet waarover je het hebt.

Een kind hebben is continu met je hart blootlopen. Het is je zwakste en meest kwetsbare plek. Het idee dat iemand iets aan jouw kind zou doen, doet fysiek pijn.

Prenatale lessen zijn ronduit belachelijk. Tijdens hevige weeën lig je er echt niet wakker van of je nu aan borst- of buikademhaling aan het doen bent.

Door kinderen te krijgen leer je je echte vrienden kennen. Sommigen verdwijnen van het toneel en anderen komen verrassend uit de hoek.

'It'll all work out' is een motto om te koesteren. In 99,9% van de gevallen komt alles wel goed. Als je kindje niet wil drinken, is dat op zich geen probleem. Hij zal zichzelf niet verhongeren. Kan hij op 6 maand nog niet zitten? Blijf kalm. Elke gezonde volwassene kan zitten, dus die van jou zal het ooit wel leren.

Familie, vrienden en volslagen vreemden vinden het normaal om zich met alles te bemoeien van zodra er een baby in je buik zit. Ze zeggen wat je wel en niet mag eten, hoe je je kind verkeerd aan het opvoeden bent, waarom hij aan het wenen is of dat hij een verwend nest is. Ze vragen ongegeneerd naar je gewicht of vragen om je buik na de bevalling te mogen zien. Jouw lichaam en jouw kind zijn niemands zaak. Het is dus perfect ok om die mensen met een kort en gevat antwoord op hun plaats te zetten.

Op het moment dat je kindje geboren wordt verandert je leven voor altijd. Het duurt even vooraleer je dat beseft, maar je zal je nooit meer voelen zoals vroeger. Zelfs als je alleen of als koppel op stap bent, zonder baby, is alles anders.

Vroeger was jij (al dan niet samen met je broers en zussen) de belangrijkste persoon in het leven van je ouders. Ook dat verandert als je kinderen geboren worden. Gesprekken gaan over de baby. Bezoekjes zijn niet voor jou maar voor de baby. En je ouders duwen je met plezier opzij om bij je baby te kunnen.

Baby's zijn vermoeiend. En ze wenen. En ze kotsen. En soms stinken ze. En soms zorgen ze ervoor dat je je eigen haar wil uittrekken. Maar ze zijn ook het zaligste wat er is. Je baby zien lachen is écht magisch. Elk nieuw kunstje is een ongelooflijke gebeurtenis. Je kindje zien slapen is het mooiste zicht op aarde. Zijn hoofdje op je schouders is een ongelooflijk gevoel. Het is het meest tegenstrijdige wat er is. Het is het zwaarste en het mooiste. Het is een grammetje spijt, een grammetje twijfel, een grammetje haat en duizenden kilo's liefde.

Het is de meest intense liefde die bestaat.

De laatste geleerde les is zonder twijfel de belangrijkste. Er is maar één regel: jouw gevoel is het juiste. Volg ALTIJD je buikgevoel.

zondag 29 november 2015

Thanksgiving

Acht jaar geleden spendeerde ik een jaartje in Amerika. Ik werd ondergedompeld in de Amerikaanse cultuur: high school, fast food, football, tienerzwangerschappen, christelijk extremisme en Thanksgiving.

Een feestdag die toen veel indruk op mij maakte. Ik vierde het daar met mijn gastgezin en hun familie en ik herinner mij dat ik het hele idee van 'dankbaarheid' wel speciaal vond.
Op een bepaald moment, voor er onvoorstelbare hoeveelheden eten naar binnen gewerkt werden, zat iedereen rond de tafel, hand in hand, om te bidden. En om even stil te staan bij de dingen waar we dankbaar voor waren.
Dat deed wel iets met mij. Het ging niet om de cadeautjes, wel om het samenzijn. Samen met de mensen die je graag ziet lekker (en veel) eten en vooral ook stilstaan bij jezelf en jouw dik gat in die gigantische kuip boter.

Jammer dat Thanksgiving hier nog niet echt zijn intrede gedaan heeft (in tegenstelling tot Halloween).
In mijn familie is dat gelukkig anders, aangezien mijn stiefmama Amerikaanse is. Dus vierden we vandaag Thanksgiving, met alles erop en eraan. Turkey, pecan pie, pumpkin pie, gravy, stuffing en samen de kerstboom versieren.

En een hele dag tijd om stil te staan bij alle mooie dingen rondom mij. Mijn gezinnetje, mijn familie en alle mensen die mij lief zijn. Mijn en hun gezondheid. En die dikke, vette kalkoen!

woensdag 25 november 2015

Zes maand

Die baby in my belly is al lang verleden tijd. Een goede zes maand geleden werd er plots een klein hoopje baby in mijn armen geduwd en begon de zotste periode van mijn leven.

En nu zijn we zes maand verder. Mijn baby is al bijna verdubbeld in gewicht en al bijna twintig centimeter gegroeid. Zijn ogen zijn niet meer bruin maar prachtig blauw en zijn haartjes niet meer zwart maar eerder... ongedefinieerd.
Hij eet fruit, groentjes, vlees en vis in plaats van moedermelk.
Zes maand geleden lag hij daar te liggen, als een slappe pop terwijl hij nu bijna zit, alle kanten op rolt en friemelt en niets liever doet dan rechtstaan. Hij speelt graag vliegtuigje, houdt ervan om zijn speelgoedjes op de grond te gooien en kan al goed belletjes blazen (ook als er fruitpap in zijn mondje zit).
Zijn stem is zijn favoriete speeltje...

Ik heb hem al duizend flesjes en badjes gegeven, al tweeduizend keer in zijn bedje gelegd en al honderdduizend kusjes gegeven. Hij lacht naar mij en naar iedereen, de hele dag. Hij is altijd blij nu.

Ikzelf heb al enorm veel bijgeleerd. Ik heb er ook een honderdtal grijze haren bij. En misschien ook een paar rimpels.
Prioriteiten zijn veranderd en relativeren lukt al iets beter.

De helft van mij is nog altijd de piekerende, panikerende, onzekere, depressieve mama. Maar de andere helft is wild enthousiast.
Ik wil weten wie hij gaat worden. Ik wil hem zien stappen en springen en huppelen. Ik wil hem naar school zien gaan. Ik weet dat zijn woorden als muziek zullen klinken en ik kan niet wachten om ze te horen.
Ik veronderstel dat die tweestrijd altijd aanwezig zal blijven, dat het hoort bij mama zijn.
Maar het gaat steeds beter en beter...

Na die zes maand kan ik ook nog terugblikken op iets wat elke keer mijn hart verwarmt. Ik heb misschien geen award gewonnen, maar l don't care. Hier volgt mijn acceptance speech:

Bedankt aan Sara, die zomaar een heerlijk verwenpakketje kwam binnengooien.
Bedankt aan mijn lieve broer en zijn vrouw, die stiekem door hadden dat ik het moeilijk had en Niel op het onverwachts kwamen vasthouden zodat ik kon douchen, en die David en mij verwenden met een heerlijke lunch op het terras. En die mij kwamen troosten op hun trouwdag terwijl ik de boel bijeen huilde.
Bedankt aan mijn lieve halve zus, die eigenlijk telt voor twee zussen, voor de honderden telefoontjes en de goede raad. Maar vooral omdat jij in het begin precies de enige was die mij begreep. Die mij ervan overtuigde dat ik het goed deed.
Bedankt aan Daphne, Nieltjes lieve meter, om melk, zalfjes en pilletjes aan huis te leveren. Ik geloof nog steeds niet dat daar gratis staaltjes bij zaten.
Bedankt aan de bende mama's die ik niet zo goed ken maar die de afgelopen maanden een ongelooflijke steun waren: Sofie, Marieke, Marjolein, Lies en Fiona.
Bedankt aan mijn twee schoonzussen voor de altijd beschikbare hulplijn en de opvang wanneer het nodig was.
Bedankt aan Marieke om mijn persoonlijke kinderarts te zijn.
Bedankt aan de vriendinnen en collega's die tijd vrij maakten en naar mijn gezaag wilden luisteren: Elke, Filine, Lisa, Joke, Veerle, Saar, Nathalie, Vanessa, Stefanie,...
Bedankt aan iedereen die voor ons gekookt heeft, of voorstelde om voor ons te koken. Voor de bezorgde berichtjes en onverwachte bezoekjes.

Zeker ook bedankt aan mijn ouders en schoonouders, voor de steun, de moeite, de tips, de ruimte, de opvang, de troost, het begrip, de tijd, de financiële steun.
Voor de muziek, de cadeautjes, de mooie momenten, de logeerpartijtjes en tientallen etentjes.

Maar vooral bedankt aan mijn mannetje. De grootste gok uit mijn leven was met jou Nieltje maken. Ik heb er nog geen seconde spijt van gehad. Bedankt, lieve David.

Op naar de volgende zes maand.

dinsdag 17 november 2015

Anti-depressiva

Ik had het er ferm moeilijk mee dat ik anti-depressiva moest beginnen te nemen. De psychiater schreef het voor alsof het Dafalgan was, wat te begrijpen valt aangezien anti-depressiva voorschrijven voor haar dagelijkse kost is.
Maar ik vond het een hele grote drempel. En ik vond het eng.
Nog voor ik de eerste pil genomen had verviel ik al in oude gewoontes en ging ik op het internet meer informatie zoeken. Mensen spraken van de gekste bijwerkingen: permanent geheugenverlies, dagenlange insomnia, gewichtstoenames van meer dan 30 kilo.
De moed zonk mij nog meer in de schoenen. David pushte mij een beetje, en mijn ouders ook.

Ik nam de eerste pil op dinsdagochtend rond 8 uur en begon me rond 11 uur vreselijk slecht te voelen. Hoofdpijn, duizelig, misselijk, slappe benen. Ik was op stap met Niel in de draagzak en was bang dat ik elk moment kon omvallen.
Ik stop hier onmiddellijk mee, dacht ik. Wat ben ik met mijn lijf aan het doen?

Ik belde 's avonds de psychiater op en vertelde haar over mijn klachten. Ze omschreef ze als heel ongewoon en zei dat ik nog even moest doorbijten.

Gelukkig maar. Achteraf bleek dat ik op een zeer slecht moment een griepje te pakken had (David volgde een dag of twee later) en dat ik eigenlijk heel weinig bijwerkingen had van de medicatie.

Het viel mij wel op dat ik eerst nog een paar dagen veel dieper gezakt ben. Maar op een dag stond ik 's morgens op met wat energie. Ik ging wat opruimen. En eens wandelen. En dat ging...
Elke dag ging het een beetje beter, ik deed andere dingen dan op de zetel liggen en was veel rustiger. Ik was niet meer opgejaagd wanneer Niel niet wilde eten.
Wenen deed ik ook niet meer. De hele dag slapen ook niet.

Ik was overtuigd, die pillen waren de max.

Uiteraard is het niet zo eenvoudig. Sommige problemen vallen nu eenmaal niet met een pilletje op te lossen. Ik heb goede en slechte dagen. Soms voel ik me raar.. Dan ben ik de enige dag overgelukkig en loop ik heel de dag met een glimlach rond, om de dag erna toch weer net iets te veel in de zetel te liggen.

De vragen en twijfels en onzekerheden zijn er nog, maar gewoon niet meer zo opvallend. Maar ze zijn er en ik wil ze weg. Van therapie is er jammer genoeg nog steeds geen sprake. De wachtlijst blijkt langer dan gedacht.
Maar zoals ik al eerder zei, het gaat, dus ik kan wel even wachten.

Wat ik verder ook graag wil vermelden, is dat het aantal mensen rondom mij die anti-depressiva neemt of genomen heeft echt groot is. Het verbaast mij enorm.
Maar het past wel in het plaatje van 'mentale ziektes zijn taboe'.

Er is werk aan de winkel dus. Maar eerst mezelf genezen vooraleer ik de wereld probeer aan te pakken.

zaterdag 31 oktober 2015

Onderweg

Drie weken geleden nam ik voor het eerst contact op met Sint Camillus, een psychiatrisch ziekenhuis met een gespecialiseerde afdeling voor vrouwen met een postnatale depressie. Net op de dag dat het helemaal mis ging, dat ik er helemaal onderdoor ging, las ik een artikel in Libelle over het centrum. Wenend belde ik hen op. In het weekend kon er moeilijk iets gebeuren, maar ik kreeg een week later een intakegesprek.
Ik ging langs bij een psychiater en schetste kort wat het probleem was. Veel moest ik niet vertellen, er was ontegensprekelijk sprake van een depressie en die moest dringend behandeld worden. Wat deed het deugd om eindelijk bevestiging te krijgen, om een arts voor mij te hebben die mij serieus nam in plaats van andere artsen die mij vitaminen of tassen warme melk aanraadden. Of artsen die zeiden dat ze 'toch niet echt in postnatale depressies geloven'.
Zonder verpinken schreef ze mij anti-depressiva voor. Een bittere pil.
Maar het moest. Met een beetje gepush van David en mijn mama beet ik door.

Twee weken later gaat het beter. Ik voel me duidelijk minder angstig en onzeker en spendeer mijn dagen op andere plekken dan de zetel. Zelfs werken gaat goed, al voel ik wel dat ik mijn grenzen nog goed moet bewaken.
En dat alles zonder bijwerkingen.

Maar zoals ik al vermoedde zijn problemen zoals het mijne niet met een pilletje op te lossen. Na een weekje of twee rust in mijn hoofd spelen er terug negatieve gedachten.
Ik voel enorm de drang om te analyseren wat er gebeurd is, wat ik 'fout' gedaan heb, wat ik de volgende keer anders moet doen. Ik voel bergen emoties opborrelen als ik terugdenk aan de zwangerschap, de bevalling, of de eerste maanden.
Ik heb veel te verwerken en dat zullen pillen niet in mijn plaats doen.

Gelukkig biedt Sint Camillus ook psychologische begeleiding aan. Jammer genoeg is er een wachtlijst en dat betekent dat ik moet wachten om al die emoties los te laten. En dat is moeilijk.

Maar het is leefbaar nu. Ik functioneer en vind rust als het nodig is. Ik geniet van Niel.
Eén voordeel aan helemaal aan de grond zitten: there's no way to go but up.
En we zijn onderweg.

zondag 18 oktober 2015

Postnatale depressie (2)

Ik bekijk de wereld de laatste maanden door een andere bril, sinds ik zelf mama geworden ben, en ik krijg het gevoel dat mama zijn en alles wat erbij komt kijken een hot topic is. In de krant, in tijdschriften, op televisie en vooral op sociale media lees ik precies niets anders meer.
Of het lijkt voor mij althans zo...

#gentlemom is al lang een bekend begrip bij mama's van vandaag, Siska Schoeters gaat al de hele week over de tong omdat ze gedurfd heeft te zeggen dat mama zijn soms echt kut is, ik las zelfs onlangs een artikel waarin iemand zei dat het vandaag de dag precies 'hip' is om te zeggen dat het moederschap tegenvalt en dat iemand met een postnatale depressie zit.

Ik zou ook liever berichten de wereld insturen waarin ik vertel hoe zalig het allemaal is. Hoe gelukkig ik word van mijn klein babytje.
Dat mama worden mijn leven helemaal compleet gemaakt heeft.
Maar die verhalen zijn naar mijn gevoel beu verteld. Dat veel mama's het zo ervaren, dat weten we ondertussen. Of dat we dat beeld graag ophangen...

Het is de andere kant van het verhaal die nog niet zo lang verteld wordt. En ja, het is ondertussen al aanvaard om eens te zagen op de kinders. Dat ze niet slapen. Dat ze lastig zijn. Dat we soms blij zijn dat ze eens een avondje weg zijn.

Het is jammer genoeg nog niet oké om te zeggen dat je al lang geen plezier meer vindt in de dagelijkse dingen des levens. Dat voor hem zorgen gewoon te veel wordt, dat je begint te wenen bij de gedachte dat hij fruitpap moet eten. Dat je elke morgen in paniek wakker wordt en met een klein hartje ligt te wachten tot hij wakker wordt, want hij zal wel weer niet willen eten.
Dat je liever zou willen dat hij heel de dag zou slapen, zodat je jezelf niet van de zetel moet schrapen.
Dat je beseft dat je gedrag hem kan beïnvloeden en dat je daarom je geluk faket als hij er is. Je lacht en speelt met hem terwijl je liever met hem in bed wil kruipen en wil wenen.
Dat heel de wereld hem precies het zaligste op aarde vindt en dat het jou allemaal nog weinig doet.

Het is leven op automatische piloot. De laatste maanden zijn precies een droom, waarin iemand anders mij bestuurt en ik zonder nadenken doorga met voeden, troosten, verversen en badjes geven.
Ik vind nergens nog plezier in.

Ik durf het precies enkel hier opschrijven, zodat ik de blikken van andere mensen niet hoef te zien. Want ik zal me sowieso veroordeeld voelen.
Als mensen mij vragen hoe het gaat met mij of met Niel zeg ik dat het goed gaat, omdat ik niet het gevoel heb dat ik kan uitleggen wat er in mij omgaat.
Enkel tegen mijn familie ben ik nu eerlijk. Dat het zo slecht gaat dat ik dringend, heel dringend hulp nodig heb. En die komt er. Dus ik hou vol en ploeter verder.

Maar er komt zoveel schaamte bij kijken.
Iemand zei deze week tegen mij dat Niel het mooiste en liefste kind van de wereld is. En ik mag zijn mama zijn!
En nog niet content...

donderdag 15 oktober 2015

Borstvoedingsbrigade

Naar aanleiding van de Week van de Borstvoeding stond een tweetal weken geleden een interview met de zaakvoerster van Boops 'n Burps in de krant.
Mevrouw staat op de foto een kind van een jaar of twee te voeden en vertelt in het artikel dat ze ervoor pleit om borstvoeding te laten verplichten door de overheid GEDURENDE TWEE JAAR.

En daar zat ik weer, bovenop mijn paard, te briesen.
Borstvoeding wordt niet alleen in de strot van zwangere vrouwen GERAMD, ze willen het nog eens verplichten ook...

Ik herinner het mij nog goed. We zaten in de prenatale les en er werd aan alle zwangere vrouwen gevraagd wie van plan was om géén borstvoeding te geven. Twee van de aanwezigen staken hun hand omhoog en ik weet nog dat ik een beetje geshockeerd was.
Hoe konden ze dat nu al beslist hebben? Gingen ze het zelfs niet proberen? Hebben ze dan niet het beste voor met hun baby? Vinden ze hun carrière belangrijker dan hun kind?

Want ik was toen al helemaal gebrainwashed. Borstvoeding was de enige mogelijke keuze, en de enige juiste. Flesvoeding geven betekende de gezondheid van je kind aanvallen, was vragen om obesitas, een verminderde immuniteit en een slechtere ontwikkeling.

Ik ben dus, net zoals de meeste vrouwen, begonnen met borstvoeding. Niet perse omdat ik het absoluut zo wilde maar omdat het leek alsof er geen andere optie was.
Ik herinner mij dat de vroedvrouw Niel vlak na de geboorte probeerde aan te leggen, zonder mij zelfs te vragen of ik borstvoeding wilde geven. Achteraf gezien vind ik dat erg, dat er maar gewoon vanuit gegaan werd dat ik voor borstvoeding gekozen had.

Ja, er zijn heel veel voordelen verbonden aan borstvoeding.
Al stel ik mij bij sommige voordelen wel wat vragen...
Dat moedermelk perfect afgestemd is op de baby vind ik onzin.
Als dat effectief zo zou zijn, dan kwam er ingedikte, koemelkeiwitvrije melk uit mijn borsten, in plaats van melk waarvan Niel last kreeg van reflux, uitslag en diarree..
De innige hechting die gebeurt tijdens het geven van borstvoeding is mij ook ontgaan. Ik voelde een veel aangenamere band met Niel wanneer hij rustig zijn flesje leegdronk in plaats van krijsend mijn tepel weg te duwen.
Borstvoeding geven was voor mij ontzettend vermoeiend en stresserend. Moedermelk heb je altijd bij en is altijd op de juiste temperatuur, zeggen ze. Kan niet gemakkelijker zijn, toch? Behalve als je baby niet wil drinken aan de borst, zoals die van mij. Als je dan op stap wil, sleur je naast flesjes ook je afkolftoestel overal mee naartoe. Weken aan een stuk heb ik het volgehouden zo, WANT BORSTVOEDING IS HET ALLERBESTE.
Man, was ik maar vroeger gestopt. Want niets is zo gemakkelijk als een fles pap in een luiertas gooien. En die fles pap heeft na 25' in de microgolf ook de perfecte temperatuur en geloof mij, microgolfs vind je overal.
Borstvoeding geef je ook op vraag, dus als je kleine schrokop elk uur zijn keel openzet, dan is dat maar zo.
Je bovenkleren aandoen gedurende de dag lijkt dan helemaal overbodig. Die van mij drinkt om de vier uur, én slaapt de nacht door sinds we met borstvoeding gestopt zijn.

Niet veel later passeerde op Facebook een artikel waarin iemand beweerde dat mama's beïnvloed worden door bedrijven die kunstvoeding maken, dat de cadeautjes en staaltjes hen om de oren vliegen en dat het daardoor niet goed gaat met onze Belgische 'borstvoedingscijfers'.
We geven collectief te snel op of we kiezen te weinig voor moedermelk.
Borstvoeding is blijkbaar een hot topic want de mama's hielden zich niet in om hard op elkaar te reageren. Ik ben blijkbaar niet de enige die het gelobby van de borstvoedingsbrigade beu is.

Ik kan verstaan dat elke mama-in-wording borstvoeding wil proberen te geven. Want er wordt langs alle kanten geschreeuwd dat dat het beste is.
Ik ben alleszins veel meer beïnvloed door vroedvrouwen, artsen en andere mama's die borstvoeding aanprezen dan door kunstvoedingproducenten.

Misschien, heel misschien, zouden veel mama's er baat bij hebben om gewoon gerust gelaten te worden.
Stop met borstvoeding op te dringen en jonge mama's op te zadelen met een schuldgevoel als ze willen kiezen voor de fles.
Het is alsof borstvoeding geven bepaalt of je al dan niet een goede mama bent.
Er zijn hele generaties groot gebracht zonder borstvoeding en we're doing fine.
Als ik opnieuw zou mogen beginnen zou ik geen borstvoeding meer geven. De eerste weken met ons drie hadden er helemaal anders uit gezien.
En ik ben ervan overtuigd dat Niel even gezond was geweest, met of zonder moedermelk.

Dus, mevrouw van Boops n Burps, geef voor mijn part uw kinderen borstvoeding tot ze afgestudeerd zijn. Maar houd een beetje rekening met the real world. We kunnen als mama niet allemaal maanden of jaren aan een stuk afkolven op het werk.
En misschien heeft niet iedereen er zin in om jaren als melkkoe te fungeren voor alle kinderen in huis.
Misschien is borstvoeding wel te vermoeiend voor sommigen en misschien gaat het u wel geen bal aan wat andere mensen willen doen met hun lichaam.

I rest my case.


maandag 5 oktober 2015

Back to reality

Nog een weekje en mijn vijf maanden zwangerschapsverlof liggen achter de rug. 
Als ik nu foto's bekijk van de bevalling kan ik niet geloven hoe lang dat al geleden is, en hoeveel er al gebeurd is.
Het waren alleszins, zonder enige twijfel, de allergekste maanden tot nu toe. 
Man, man, man, wat een rollercoaster.

Jammer genoeg verliep het allemaal niet zo vlot als ik gewild had. Maar nu het al enige tijd weer wat beter gaat slaag ik er toch in om de dingen door een andere bril te bekijken.

Ja, ik heb ongeveer duizend keer een oog uitgeschreid. Ik heb me soms dagen aan een stuk ellendig gevoeld, en eigenlijk ook continu onzeker en angstig. Ik heb er met momenten spijt van gehad dat ik er ooit aan begonnen ben, en gevloekt omdat dat klein mormeltje heel ons leven overhoop kwam gooien.

Maar het is alsof mijn lijf nu toch beseft heeft dat het tijd wordt om de knop om te draaien. Dat het goed geweest is. 
Want in die vijf maanden zijn er ook ontzettend veel zalige momenten geweest. 

De herinnering aan mijn bevalling en de dagen erna bezorgden me tot voor kort koude rillingen. Maar nu niet meer. Want eigenlijk, ondanks alle miserie en alle dingen die misliepen, was het wel een mooie ervaring. Ik ben ferm blij dat Niel er in een stuk uitkwam, en nu kerngezond is. En misschien was zijn geboorte niet zo gelukzalig als ik gehoopt had, zijn verhuis van Neonatologie naar onze kamer was dat wel. 
Hemels om hem eindelijk bij mij te mogen houden en hem constant in mijn armen te hebben en aan zijn haartjes te kunnen ruiken. 
Zalig om hem eindelijk aan iedereen te kunnen tonen.

Die eerste weken thuis waren loodzwaar, en eerlijk gezegd heb ik daar weinig positiefs over te vertellen. Tot wanneer Niel zes weken werd, en hij voor de eerste keer lachte.
Sindsdien volgden de mooie momenten elkaar op maar was ik misschien te verblind om ze te zien. 

Samen in bad, met ons twee. Of elke ochtend een dutje in mijn bed, met mijn hand op Nieltjes buik. 
Alles wat hij in die maanden leerde; speeltjes grijpen en ze expres op de grond gooien, proberen zitten, de eerste keer rollen. 
Kleine stapjes voor de buitenwereld maar gigantische evenementen in ons leven...
Zijn geluidjes, zijn dramatische huilbuien die met momenten zo dramatisch waren dat het grappig werd. 
De eerste pogingen met vaste voeding. 
En de ontelbare stoten die vooral David tegenkwam met variabele lichaamssappen. 

Nog een weekje, maar ik loop nu al met een gigantische krop in mijn keel. Ook al verkondig ik regelmatig dat ik tijd voor mezelf nodig had, diep vanbinnen weet ik dat ik hem niet kan missen. Want als ik echt tijd voor mezelf gewild had, dan was die er wel geweest. Er waren genoeg kandidaten om op Nieltje te passen. 
Ik wilde hem gewoon bij mij.

En nu heb ik geen keuze meer.

Maar ik ben blij dat ik deze periode toch nog positief kan afsluiten. En er nu met een andere blik op kan terugkijken. 
Ik ben nog niet waar ik moet zijn. Maar het blijft precies de goede richting uit gaan. 
Dus is het nu tijd voor iets nieuws. 

Terug naar de realiteit. 

vrijdag 2 oktober 2015

Briefje

Kleine jongen,

Je ligt naast mij op de zetel en je grijpt naar je girafje dat zo leuk knispert als je er in knijpt. En plots overvalt het mij dat ik je ongelooflijk graag zie. Zo graag.
Ik wil je liefst van al altijd bij me hebben, tegen mij, op mij. 
Ik wil je constant zien, horen, voelen, ruiken, knuffelen, kussen en vasthouden.

Ik wou dat je leven altijd kon blijven zoals het nu is. Zo simpel. Ik wou dat alles rondom je je kon blijven betoveren, zoals je gele giraf dat nu doet. 
Ik wou dat gewoon je mama zien voor altijd genoeg was om je te doen lachen. 

Dat alles zo een ongelooflijke belevenis was dat je niet anders kan dan het uitkraaien van plezier en met je kleine voetjes wild in het rond stampen.

Ik hoop dat er altijd iemand naar je stem luistert, als je vertelt of als je roept of als je huilt. Dat er zoals nu altijd iemand zal zijn om je te troosten, naar je te luisteren en je te knuffelen. Iemand die je het gevoel geeft dat jij het allerbelangrijkste bent. 

Ik wou dat het leven kon stilstaan voor jou. Nu alles zo goed en mooi en eenvoudig is.
Dat een knisperende giraf genoeg is om jouw dag helemaal goed te maken.

Je mama.

maandag 28 september 2015

Relativeren

Grappig hoe het menselijk brein in elkaar zit.

Het ging zo slecht met mij en iedereen gooide goedbedoelde raad naar mijn hoofd en ik kon die niet aanvaarden.
Doe Nieltje eens wat meer weg. Neem wat tijd voor jezelf of jullie twee.
Laat alles eens wat los, het komt vanzelf wel goed. Stop met piekeren. Stop met te proberen om alles te controleren.

Maar ik kon het niet. Ergens wist ik wel dat iedereen gelijk had, maar ik kreeg mijn hoofd niet stil.
Tot we terugkwamen van Normandië. Ik had er een nachtje over geslapen, had alles laten bezinken en besefte dat het eigenlijk allemaal wel meeviel.
's Avonds waren we langs geweest bij mijn ouders en hadden we heel goed gebabbeld. En thuis met ons twee ook nog eens.

En ik voelde mij plots niet meer zo abnormaal. Ja, ik ben een flippende, onzekere moeder maar dat zijn we allemaal. En misschien maakt mij dat ook wel een goede mama, who knows?

En ik voelde plots wat rust in mijn hoofd. Alsof al die goede raad plots binnendrong en ik weer wat helder kon denken.
Alles komt wel goed met Niel. En met mij. En met ons.
Ik heb het mijzelf zo lastig gemaakt de laatste tijd, omdat ik het zo goed wilde doen.
En net nu ik dat loslaat en mij erbij neerleg dat Niel soms weent, dat ik hem soms bijna laat vallen, dat hij niet altijd zijn fles leegdrinkt en dat ik soms kak aan mijn eigen handen smeer, net nu geniet ik plots veel meer.

Ik voel eindelijk die overweldigende liefde. Ik zie hoe zalig hij is. Ik hou van hem. Ik geniet van hem en zijn kunstjes.
Ik kon wel huilen van geluk toen hij gisteren voor de eerste keer omrolde. En hij had mij daar niet voor nodig.

Nu ik het eventjes helder kan bekijken, versta ik alles beter. Maar het is ook zo jammer. Waarom heb ik het zo ver laten komen?
En is dit weer stilte voor de storm? Want ik heb me in periodes al beter gevoeld, om dan helemaal opnieuw in een zwart gat te vallen.

Nog twee weken en ik ga terug aan het werk. Wie weet komt die broodnodige afstand tussen Niel en mij dan eindelijk tot stand. Ik zal weer meer zijn dan Niel zijn mama, verzorger en dienaar.
Tijd voor mijzelf zal er dan vanzelf zijn, ook al is het op het werk.

Maar nu wil ik nog twee weken genieten. En proberen vast te houden aan mijn huidige state of mind.
Controle lossen, niet te veel nadenken en relativeren wat misloopt.
Want tot nu toe werkt dat precies wel...


vrijdag 25 september 2015

Normandië

We hebben onze reis onderbroken en zijn vroeger dan gepland naar huis gekomen, omdat het niet te doen was met Niel.
De oorzaak was simpel: zoals ik eerder al vermeldde is onze zoon overdag een heel slechte slaper. Hij heeft een pikdonkere, stille ruimte nodig, dan zal hij misschien eens een uurtje aan een stuk doorslapen.
En aangezien een tripje door Normandië meestal bestaat uit van de ene naar de andere plek rijden, kwam er van slapen niet veel in huis.

Hij sliep 's ochtends nog een beetje op de kamer en ging daarna rustig aan in overdrive in de auto. Te veel licht, te veel lawaai en veel te veel te zien, slapen was blijkbaar het laatste waar hij aan dacht.
Af en toe gaf hij eens toe aan de vermoeidheid in de draagzak, niet meer. Dus zaten we elke avond om vijf uur op de hotelkamer, in het donker en al fluisterend. Zodat meneertje toch een beetje zou slapen.
En aten we sandwiches met beleg van de supermarkt in plaats van gezellig op restaurant te gaan. En dronken we wijn uit plastic bekertjes en speelden we domme spelletjes op de iPad.
De ene keer dat we wel iets gingen eten samen liepen we om de beurt rondjes met de buggy op de parking, zodat hij niet het hele restaurant bijeen zou schreeuwen.
Samen een filmpje kijken of een beetje babbelen zat er ook niet in, want van het minste geluidje werd hij wakker.

Ontspannend was het niet, integendeel.
Dus hebben we beslist om naar huis te komen. Waar er altijd een stille, donkere kamer ter beschikking is. Waar we niet heel de tijd moeten fluisteren.
Waar Nieltje zich duidelijk honderd keer beter voelt, want hij slaapt en eet weer zoals het hoort.

Het waren zeer stresserende dagen. Zelfs David, die altijd zoveel geduld heeft, werd er helemaal opgedraaid van. Continu gehuil in de auto, geen woord tegen elkaar kunnen zeggen, nog niet de helft kunnen doen van wat ik gepland had.
De terugweg heeft twee uur langer geduurd dan gepland, omdat we zoveel moesten stoppen (Niel stond een paar keer op ontploffen...).

Geen ontspannend verlof dus, wel weer veel gepieker, schuldgevoel en een paar nieuwe lesjes geleerd.
Ik wil zo graag dingen doen met hem, buiten komen, uitstapjes doen, maar hij laat het jammer genoeg nog niet toe.
Verwacht ik te veel van hem? Ik weet het niet...
Kon ik maar een weekje op vakantie...

zondag 20 september 2015

Gelukzak

We trekken er op uit.

Net wat ik momenteel nodig heb, vijf dagen weg van alles en iedereen.
Geen verplichtingen, geen huishouden, niemand die me in de gaten houdt.
Niet meer doen alsof alles dik oké is als ik in gezelschap ben.
Gewoon ik en mijn twee mannen. Op uitstap, op hotel, ver weg!

We hadden dit tripje gepland omdat ik bijna terug begin te werken en mijn 'verlof' er dus bijna op zit.
De realiteit komt snel dichterbij...
Wat ben ik blij dat we dit toen beslist hadden. Wat ben ik blij dat David net nu twee weken verlof heeft, net wanneer het voor mij helemaal niet meer ging.

Want eerlijk gezegd, alles gaat beter als hij er is.
En nu krijg ik vijf dagen alleen maar hem. En Nieltje. Alles wat een gelukzak zoals mij nodig heeft.

Tijd om te rebooten.
Ik ga offline.

zaterdag 12 september 2015

Postnatale depressie

Het begon allemaal toen ik net zwanger was, nu een goed jaar geleden.
Vanaf dag een ben ik helemaal veranderd. Ik was enorm bang voor wat mijn diabetes met Niel zou doen, ik voelde me heel snel schuldig als ik eens een glaasje dronk of een stukje niet-helemaal-uitgebakken vlees at.
Ik was ook heel onzeker, elk krampje en kwaaltje deed me wankelen en ik zat geregeld in paniek bij de gynaecoloog of op het verloskwartier.
Ik was toen al met momenten enorm emotioneel en hormonaal, ik had toen al vaak het gevoel dat ik de controle over mezelf kwijt was.
Dus ging ik maar proberen om andere dingen te controleren. Ik zocht op hoe ik Niel ging leren doorslapen, hoe ik hem het beste ging opvoeden, ik maakte beslissingen die ik toen eigenlijk nog niet kon maken.
Ik stelde een geboorteplan op, in de waanzinnige veronderstelling dat ik de bevalling zou laten gebeuren zoals ik dat wilde.
Achteraf moet ik daar mee lachen, maar ik wist echt van niet beter.

Ik ben aan de bevalling begonnen met de slechtst mogelijke ingesteldheid. Met Google als mijn beste vriend en een vrij arrogante houding, want ik ging Moeder Natuur namelijk proberen doen wat ik wilde.
Wel, Moeder Natuur kicked my ass.

Alles liep anders dan ik had gewild en gepland. Het was voor mij een zeer emotionele en traumatische gebeurtenis, waar ik na vier maand nog altijd niet aan wil terug denken, want dan krijg ik het warm en koud tegelijk.

Vanaf toen begon alles vorm te krijgen. Vermoeidheid, stress, onzekerheid en drang naar perfectie duwden mij in een negatieve spiraal.
Ik voelde mij schuldig en was keihard voor mezelf.
Want het was mijn schuld dat Niel op Neonatologie moest. Mijn schuld dat hij geboren werd met een keizersnede, ik had maar beter op mijn suiker moeten letten.

Toen we thuis kwamen ging het steil bergaf. De negatieve emoties en gedachten overspoelden mij volledig. Ik huilde continu. Ik was bloednerveus voor elke voeding omdat het aanleggen zo moeilijk ging.
Ik vond het vreselijk voor Niel dat ik zijn mama was.
Ik wilde liefst van al gewoon weg. Ik wilde dat ik er nooit aan begonnen was.
Maar hij was er en we moesten vooruit.

Ondertussen is Niel vier maanden en kan ik zonder enige twijfel zeggen dat ik nog steeds met een ferme postnatale depressie zit. Al is het verdomd moeilijk om toe te geven en onmogelijk om te aanvaarden. Ik, die al zo lang kinderen wil, de kinderverpleegkundige, kan het niet aan. Nu hij er eindelijk is, vind ik het helemaal niet leuk.
Voor mij is dat verschrikkelijk.

Jammer genoeg zit ik helemaal vast in een draaikolk van negatieve gedachten, piekeren en angstaanvallen.
Ik ben zo onzeker dat elke opmerking van David, onze ouders of gelijk wie mij helemaal doet wankelen. Elke goedbedoelde tip voelt voor mij aan als een klop in mijn maag en klinkt als: 'je doet het niet goed'.
Wanneer iemand zegt dat Niel een verse pamper nodig heeft voel ik me rotslecht want ik had dat moeten zien want ik ben zijn moeder.
Als hij bij iemand anders zijn fles leeg drinkt en bij mij niet, zet ik mij met plezier een uur te janken.
En het is best opmerkelijk dat mensen zich helemaal niet inhouden om te zeggen wat je beter moet doen, wat je fout doet en noem maar op, maar dat sinds Niel zijn geboorte nog niemand eens gezegd heeft dat ik het wel goed doe, dat ik een goede mama ben.
Dat krijgen mensen precies moeilijker over hun lippen.

Jammer genoeg bots ik ook op heel veel onbegrip. Mensen zeggen mij dat ik moet stoppen met piekeren en niet zo bezorgd mag zijn. Alsof ik dat zelf nog niet bedacht had. Ik kan het niet.
Ik krijg mijn hoofd niet stil. Ik kan niet stoppen met piekeren en denk elke seconde van de dag maar aan een ding: Niel.
Ik maak me constant zorgen, over zijn gezondheid, zijn gevoel, zijn geluk en zijn toekomst.
En de verantwoordelijkheid die daarbij komt kijken blijkt voor mij precies te zwaar om te dragen. De angst om fouten te maken verlamt mij volledig.

Eigenlijk zou ik de titel beter veranderen in pre-, per- en postnatale depressie. Want ik snap ondertussen dat mijn probleem niet begonnen is ná de bevalling. En het probleem is er zeker eentje die mij nog eventjes zal achtervolgen.
Ik zit momenteel heel diep. Heb net genoeg energie om voor Niel te zorgen en een beetje liefde te geven aan mijn fantastische echtgenoot.
Geduld en professionele begeleiding zullen hopelijk een verschil maken, ondertussen doe ik verder, stap voor stap. Probeer ik kleine dingen los te laten. Probeer ik hem af en toe uit handen te geven.

En probeer ik mezelf ervan te overtuigen dat ik eigenlijk een heel goede mama ben.

maandag 7 september 2015

Huismus

Niel is een schat van een baby, maar niet de gemakkelijkste...
Hoe kan het ook anders, met die stomme reflux die maar niet behandeld geraakt. En die stomme koemelkallergie die zorgt voor krampjes en diarree. 
Dus hij is met momenten... lastig. 
Hij slaapt nog steeds moeilijk overdag. Enkel in een pikdonkere, stille kamer zal hij een uurtje aan een stuk slapen. 
En dan nog moet ik af en toe binnen gaan om een krijsende baby te sussen met een tuutje.
Hij is met momenten ook heel kieskeurig als het gaat over 'op de arm liggen'. 
Hij wil enkel schuin op de arm, met zijn buik tegen die van mij, een hand op zijn poepje en een lakentje over zijn ogen. 
Als hij dan uiteindelijk in slaap valt, is een diepe zucht van mij soms voldoende om hem opnieuw te doen wakker schieten. Zucht...

En dat drinken is ook al geen evidentie. 
Iedereen schreeuwt dat een kind van vier maand volgens een routine moet leven, dutjes op vaste uren en flesjes op vaste uren. Ik kan daar alleen eens goed mee lachen. 
Niel drinkt soms om de drie uur, en de dag erop laat hij plots zeven uur tussen twee flessen. 
En als hij niet wil drinken, dan zal hij ook niet drinken. 
Soms bied je hem een fles aan en wil hij ze absoluut niet, om ze dan na een dutje van drie minuten in één teug leeg te drinken.

Op zich is het voor mij allemaal geen probleem. Ik begin hem goed te kennen en ga zoveel als mogelijk mee in zijn zottigheid (of dat een goed idee is, is nog een heel andere discussie).

Het probleem zit zich alleen in de momenten waarop we niet thuis zijn, met z'n tweetjes, in onze vertrouwde omgeving.
Ik durf op den duur de deur niet meer uit. In de supermarkt krijst hij de boel samen, lekker gênant. 
En mensen zullen zich zeker niet inhouden om zich te komen bemoeien.
In de auto is het ook al niet goed, enkel wanneer hij naast mij op de voorzetel zit, maar dat vind ik eerlijk gezegd niet echt een veilige situatie.
In de drukte, tussen het volk, buiten slaapt hij al helemaal niet. 
En dan zijn daar natuurlijk altijd nog die leuke aanvallen van diarree die toevallig altijd plaatsvinden op verplaatsing en zo ver gaan dat zelf zijn haar vol hangt...

Zelfs als hij niet weent en geen honger heeft of zijn pamper voldoet, loop ik op mijn ongemak omdat ik schrik heb dat zijn houding elk moment kan keren. 
Dus wil ik snel boodschappen doen en snel terug naar huis. 

Bij vrienden of familie langsgaan of blijven plakken? Liever niet, Nieltje slaapt beter in zijn eigen bedje en als hij niet op tijd slaapt, gaat hij helemaal in overdrive.

En zo ben ik veranderd in een echte huismus. En nee, dat vind ik helemaal niet leuk.
Het liefst van al ben ik met hem thuis, omdat buitenshuis komen mij nu enorm veel stress bezorgt.
Waar kan ik zijn fles opwarmen? Waar kan hij slapen? Zal het luid en druk zijn? Zal hij willen drinken? Wat als hij weer zoveel weent?

Ergens probeer ik te aanvaarden dat mijn zoon wel eens een routinebeestje zou kunnen zijn. Spelen in zijn stoeltje met zijn eigen speeltjes of in zijn park met zijn mobile. 
Slapen in zijn eigen bedje, met zijn vertrouwde geluiden en geuren.
En drinken als het past, plat op zijn rug op bed of op de zetel. 
Voor mij is de keuze tussen een blije baby thuis of een ontevreden baby op verplaatsing snel gemaakt...

Hij zal het moeten leren, zeggen mensen dan. 
En ze hebben gelijk.
Maar dan denk ik terug aan dat heerlijk moment vorige week aan de Blaarmeersen, toen ik daar stond met een gillende baby die al zes uur niet meer gedronken had. 
Die zijn fles bijna uit mijn handen sloeg. 
Die niet in zijn buggy wilde en ook niet op de arm. 
Die uiteindelijk heel de boel onder kakte, tot twee keer toe. 
En ik stelde mij op den duur gewoon te janken, uit frustratie. Omdat ik mijzelf de slechtste moeder aller tijden vond. 
Ik stelde mijzelf constant dezelfde vraag: 'wat sta jij hier in godsnaam te doen?'. 
Het kind moest thuis zijn. 

En zo gebeurt het dat ik uitstapjes uit de weg ga. Dat ik hem naar de grootouders probeer te doen als ik eens ergens naartoe moet. 
Ik weet dat veel mensen mij niet zullen verstaan. 
Maar wie het graag eens aan de lijve ondervindt, mag mij altijd bellen, dan doen we samen eens een uitstapje naar de Blaarmeersen!

dinsdag 1 september 2015

1 September

Eén september en die van mij blijft gelukkig thuis, geveld door zijn tweede reeks spuitjes.
Maar ondertussen hebben duizenden kinderen wel de stap gezet vandaag. Voor de eerste keer naar school, voor de eerste keer naar het eerste leerjaar.
Vroeger vond ik het een beetje ergerlijk, de stroom van online foto's van kinderen in hun mooiste kleren en met nieuwe rugzakjes aan aan de schoolpoort.
Nu krijg ik er warm en koud tegelijk van. Het idee dat de dag gaat komen dat ik Nieltje, mijn klein Nieltje, ooit ga moeten droppen op een gigantische speelplaats met een rugzakje aan met boterhammetjes in. Tussen allemaal vreemde kindjes en juffen en meesters.
ZONDER ZIJN MAMA.
Vreselijk gewoon.

Dus aan alle mama's die vandaag hun kleine spruit hebben moeten achterlaten: awel chapeau, you are my hero.

Ik houd mijn ziek vogeltje nog een beetje bij mij.

vrijdag 28 augustus 2015

Niel 2.0

Als mensen me enkele weken geleden vroegen hoe het met Niel ging, antwoordde ik bijna automatisch dat alles goed ging. Ik kon me inbeelden dat het overgrote deel van die mensen niet geboeid was door het feit dat hij ontzettend veel weende, niet wilde drinken, niet wilde slapen.
Dus antwoordde ik maar dat alles goed ging.

Maar alles ging niet goed. Ik schreef al dat ons mannetje last had van reflux en ook al was er wat verbetering door de medicatie, Niel was nog altijd niet op zijn gemak. Hij weende nog steeds veel, had last van krampen en windjes en zijn gezichtje stond vol eczeem.
Ons overgevoelig ventje had last van koemelkeiwitallergie, nog zo een duivel die kleine baby's en hun moeders tot het uiterste kan drijven.

Maar dat was toen. Want de reflux is zo goed als weg. En de krampen en het eczeem ook, dankzij aangepaste voeding.

Nu is er Nieltje 2.0. De nieuwe versie. De versie die altijd lacht. En langer slaapt dan tien minuten aan een stuk. Die flink eet. Die graag in zijn park of op zijn speelmat ligt. Die enkel een beetje kwekt als hij honger heeft of moe is.

Wat een verschil.

Nu versta ik wat mensen bedoelen als ze zeggen dat je moet volhouden. Dat het beter wordt. Dat het zelfs leuk wordt.

We zijn er eindelijk ♡

maandag 24 augustus 2015

Liefde

Ik heb me voorgenomen om je niet telkens direct te troosten als je weent in je bedje. Want je moet dat zelf ook een beetje beginnen leren.
Dus als je ligt te krijsen dan wacht ik. Tot ik het echt niet meer uithoud.
En dan ga ik naar je kamer en als je mijn stem hoort word je al een beetje rustiger.
En als ik mijn hand op je buikje leg dan grijp je met elk handje een van mijn vingers keihard vast. En dan zucht je diep en doe je je oogjes dicht. Het lijkt wel alsof je denkt, mama is hier eindelijk, nu is alles ok.
Dan ontploft mijn hart nét niet in mijn borst.

donderdag 13 augustus 2015

Stadswandeling

Ik had woensdag een hele dag in Gent gepland. Na een gezellige lunch bij een jarige vriendin besliste ik om met Niel nog een wandeling te maken door de stad alvorens naar mijn ouders te rijden.
Het was mooi weer, ik zocht de kalme straatjes uit, Niel en ik genoten samen van de rust en de beweging.

Tot het mij plots inviel dat het etenstijd was. SHIT.
Maar geen probleem, dacht ik, ik heb dat mama-zijn nu toch wel al een beetje onder de knie, ik los dit snel even op.
Dus ging ik op zoek naar het dichtstbijzijnde terrasje om daar Niel zijn flesje te laten opwarmen.

Aangekomen zag ik dat er nog één tafeltje vrij was. Ik manouvreerde de buggy door de andere tafeltjes en vroeg aan een oudere man of het misschien mogelijk was om een klein beetje vooruit te schuiven zodat ik er langs kon. Alstublieft dank u wel.
De man keek mij vrij kwaad aan en schoof zowaar tien centimeter naar voren.

Geen probleem, dacht ik, ik ben er geraakt, rustig blijven, alles komt goed.
Maar dat was buiten mijn liefste zoon gerekend want die vond dat zijn geduld nu toch wel op was en besliste zijn keel open te zetten.
IEDEREEN keek naar mij. Met een blik die ik vertaalde in 'gij gaat toch ni serieus de rust komen verstoren met uw schreeuwend kind'.

Ik besliste om Niel zo snel mogelijk uit de buggy te nemen om hem zo te doen zwijgen, maar jammer genoeg was de luiertas te zwaar. Door het gewicht van Niel uit de buggy te nemen viel deze dus met een klap omver.

Daar stond ik. Zwetend. Met een huilend kind in mijn ene arm aan het proberen om de luiertas van de buggy los te maken en die terug op zijn vier wielen te zetten.

En iedereen zat erbij. En keek er naar. En niemand vond het nodig om mij te helpen.
Nee, iedereen keek geamuseerd naar de one-woman-show die zich voor hun neus afspeelde.

Op het moment zelf was ik te gestresseerd om er bij stil te staan. Ik heb zo snel mogelijk gevraagd om zijn fles op te warmen, heb de helft van het poeder in de fles gekapt en de andere helft ernaast en de boel maar half geschud. Als ze maar zo snel mogelijk in zijn mond zat.

En toen werd het rustig. En Niel dronk zijn fles op het gemak helemaal leeg, wat hij anders nooit doet.
Ik had tijd om wat te kalmeren en te beseffen dat ik een teleurstelling in de mensheid rijker was.

Hoe is het in godsnaam mogelijk dat zoveel mensen niets doen als ze een mama met een baby zó zien sukkelen?

vrijdag 7 augustus 2015

Reflux

GOR. Gastro Oesophagale Reflux.
We zijn erbij! Bij de gigantische bende baby's die niet stopt met krijsen en plots niet meer wil drinken en slapen. Bij de bende moeders die opgedraaid bij de kinderarts binnenvalt en smeekt om hulp.

Jaja, die van ons heeft reflux.

Het begon een tweetal weken geleden. Ons ventje die anders zo goed slaapt kon overdag niet meer slapen. Hij schoot telkens na vijf minuten krijsend wakker, goed om mij tegen het einde van de dag net niet te doen ontploffen.
Drinken ging ook steeds minder. Vechtend kregen we er met moeite een halve fles in, en ondertussen krabde hij met zijn kleine nageltjes in ons vel en stampte hij met zijn kleine beentjes.
En tussendoor was er maar één bezigheid: wenen. Tot hij paars begon te zien. En kletsnat was van het zweet.

Eergisteren kreeg ik dan een halve mental breakdown en heb ik hem afgezet op mijn mama's werk. Huilend (wij allebei).
Ik kon er niet meer tegen om hem zo te zien. En horen...

Na een bezoekje aan de kinderarts gisteren werd het allemaal duidelijk. Ons mannetje zijn slokdarm doet pijn.
En dat zijn wij hier alledrie kotsbeu! Dus zijn we gestart met medicatie.

Ik kijk stiekem al terug uit naar mijn lachende, knuffelende, happy baby.

woensdag 29 juli 2015

Moederkloek

Kinderen krijgen zet je leven volledig op zijn kop. Volledig.
Veel mensen hadden mij gewaarschuwd, dat mijn leven nooit meer hetzelfde ging zijn na de geboorte van Niel.
Ik dacht dat ik daarop voorbereid was maar ik heb ondertussen beseft dat het onmogelijk is om je daarop voor te bereiden.
Sterker nog, het is onmogelijk om te beschrijven of uit te leggen aan mensen zonder kinderen.
Enkel ouders verstaan dit gevoel.

Het gevoel dat enkel dat klein wezentje nog telt.
Dat jij nu definitief op de tweede plaats komt.
Dat alles rond hem draait.
Dat gemoedsrust volledig weg is.
En niet alleen gemoedsrust, rust in het algemeen.

Ik had mezelf (zoals waarschijnlijk heel veel mama's) voorgenomen dat ik mijn leven niet zou laten domineren door mijn kinderen.
Ja, ik zou Ruth De Mama worden, maar ik zou ook een individu blijven, een vriendin, een dochter, een echtgenote, een eigen persoon.

Ik zou de dingen blijven doen die ik graag doe. Lezen en films kijken, naaien, iets eten of drinken met vriendinnen.

Ja, vergeet het maar.
Ik ben Ruth De Mama. Ik doe soms verwoede pogingen om andere rollen te spelen, zonder succes. Ik praat met mijn ouders over Niel en als er tijd over is eens over iets anders. En zij zijn nu soms ook meer grootouder dan ouder, by the way.
Ik dwing mezelf om met vriendinnen af te spreken zonder Niel erbij maar betrap mezelf erop dat ik constant aan hem denk. En dat ik mijzelf moet forceren om niet heel de tijd over hem te praten want niemand is geboeid door hoeveel flesjes hij drinkt.
Lezen doe ik al helemaal niet meer. Zelfs op verlof slaag ik er niet in meer dan twintig pagina's te lezen. Ik heb sinds Niel zijn geboorte nog geen enkele film zonder onderbreking uitgekeken en nog geen seconde achter mijn naaimachine doorgebracht.

Want mijn leven draait nu om andere dingen. Ruth De Mama houdt zich bezig met flesjes, pampers, badjes en bedjes. Met knuffelen en troosten en eindeloos rondwandelen met Niel op de arm.
Het overheerst zodanig dat ik nog weinig te vertellen heb.

En zo is Ruth in al haar andere facetten volledig achteruit geschoven.

De impact van de komst van zo'n klein ding is gigantisch. Maar versta mij niet verkeerd. Dit is geen klaagzang, eerder een vaststelling.
Eentje die ik op termijn terug in handen moet nemen en moet proberen ombuigen.

Alles draait nu om Niel en ik denk dat dat zo hoort, maar het hoeft niet zo te blijven. Ik kijk er naar uit om terug te gaan werken en een pijnlijke maar noodzakelijke afstand in te bouwen tussen ons.
Zodat er traag maar zeker terug een beetje plaats vrijkomt voor mij.

zondag 26 juli 2015

Dingen die ik anders zou doen

Nu er drie maand achter de rug zijn wil ik graag een andere soort retrospectieve schrijven. Niet een over hoe het de laatste weken gaat met Niel, maar eentje over de dingen die ík geleerd heb, over de dingen die ik de volgende keer anders zou doen.

Eerst en vooral zou ik proberen gezonder te eten tijdens de zwangerschap. Vrouwen maken zichzelf graag wijs dat de zwangerschap een periode is waar los gehen volledig toegestaan is, want ze zijn nu eenmaal hormonaal en ze eten voor twee en blablabla.
Jammer genoeg heb ik er veel te weinig bij stil gestaan dat ik daarmee vooral in mijn eigen vel zou snijden. Echt gek heb ik niet kunnen doen omwille van mijn diabetes, maar toch zijn er net iets te veel frieten, potten pindakaas en dozen hagelslag de revue gepasseerd.
Met als gevolg dat ik nu nog altijd geen enkele broek dicht krijg.

Een geboortelijst leggen is iets wat ik niet opnieuw zou doen. Ik snap eigenlijk niet goed hoe de logica van een geboortelijst in elkaar zit.
Je kiest alles wat je denkt nodig te hebben als je baby er is en als hij geboren wordt wacht je geduldig tot een gulle schenker iets van je lijst koopt. Dan is het ook nog eens hopen dat die koper snel op babybezoek komt zodat je je cadeautje in ontvangst kan nemen.
Wel een beetje ambetant als het gaat over broodnodige dingen zoals een bad of flesjes...
Wij hebben vlak voor en vlak na de geboorte van Niel onze lijst zelf halfleeg gekocht.
Want het kind moest dringend eens in bad.

Wekenlang heb ik lopen verkondigen aan iedereen die het wilde horen dat ik een natuurlijke bevalling wilde. Zonder verdoving.
Achteraf gezien is dat complete onzin. Waarom willen mensen wel natuurlijk bevallen maar niet natuurlijk geopereerd worden of een tand laten trekken? Voor mij is er echt geen verschil.
We gaan er op vooruit, gelukkig, zodanig zelfs dat bevallen geen pijn meer hoeft te doen. Waarom zou ik er dan in godsnaam nog voor kiezen om urenlang ondraaglijke pijn te doorstaan?
Als ik de foto's van mezelf in de verloskamer bekijk van voor en na de epidurale is het echt geen moeilijke keuze: volgende keer verdoving vanaf de eerste wee, en dan een eventjes op het gemakje bevallen.

Mijn bevalling zou ik niet meer tot in de puntjes plannen, aangezien een bevalling simpelweg niet te plannen valt. Ik heb me zelfs bezig gehouden met een geboorteplan op te stellen, wat achteraf gezien compleet belachelijk is. Het leven heeft mij een duidelijke les geleerd doordat alles anders verlopen is dan hoe ik het graag had gezien tijdens de bevalling.

De borstvoeding is jammer genoeg mislukt. Ik probeer er mij nog steeds bij neer te leggen en besef dat er een samenloop van omstandigheden was waar ik weinig controle over had. Behalve een. Bezoek in de kraamkliniek.
Als ik nu mijn gevoel zou volgen, zou ik de eerste dagen geen bezoek willen (behalve dichte familie uiteraard). Ik heb verschillende keren de fout gemaakt om niet te kolven of Niel niet te proberen aanleggen omdat er bezoek was. Of er mijn tijd niet voor genomen.
Maar het gaat niet enkel over de borstvoeding. Ik heb mezelf vol-le-dig afgemat door dat bezoek, fysiek en emotioneel. Ik was veel te moe om uren per dag te babbelen met iedereen en had beter wat meer geslapen die eerste dagen.
Maar ik was er emotioneel ook niet klaar voor om mijn pasgeboren ventje door te kamer te zien vliegen van de ene naar de andere arm...
Nee, die eerste dagen hadden veel meer van ons drie moeten zijn.

Een babyborrel had ik achteraf ook niet georganiseerd, enkel en alleen omdat het bij ons zijn nut wat gemist heeft.
Volgens mij is het principe van een babyborrel dat je het bezoek een beetje weert thuis en iedereen samen vraagt op hetzelfde moment.
Achteraf gezien is 95% van de genodigden al op bezoek geweest en veel mensen zelfs meerdere keren. En goedkoop is het natuurlijk ook niet.
Maar ik kijk er wel naar uit om de geboorte van Niel te vieren, met zijn eerste, echte feestje...

And last but not least, ik had veel vroeger moeten praten met andere mama's in mijn omgeving. Misschien had ik me niet zo lang zo slecht gevoeld als ik vroeger beseft had dat wat ik voelde en meemaakte doodnormaal was.
Als ik misschien wat meer open had gestaan voor de raad en hulp van andere mensen, als ik niet perse alles alleen had willen doen was ik misschien al veel langer van mijn gezin aan het genieten.
Ik zou mijn smartphone vanachter in mijn kast verstoppen en stoppen met elk klein dingetje op te zoeken. Ik zou niet meer naar programma's over bevallen kijken maar naar goede films want daar kom ik nu niet meer toe.

Ik zou veel meer genieten.
Zoveel mensen hebben me aangeraden om dat te doen en ik wist eigenlijk niet wat ze bedoelden.
Nu wel.
En ik heb misschien wel wat te weinig genoten.

Maar ach, shoulda woulda coulda.
Volgende keer beter.


zaterdag 11 juli 2015

Sprongen

Niel is nu bijna negen weken en ik vind hem de laatste dagen... raar. Er gaan duizend alarmbelletjes af in mijn hoofd. Hij slaapt de ene dag bijna niet en de dag erop slaapt hij letterlijk de hele dag door.
Hij drinkt minder.
Hij wil CONSTANT op de arm liggen. Elk wakker moment moet hij geëntertaind worden en zelfs dan is hij nog niet tevreden.
Ik voel me dus al enkele dagen hulpeloos. Ik zou geld geven om hem te kunnen vragen wat er scheelt.

Ondertussen gooit iedereen met goedbedoelde, goede raad.

Kamp 1 schreeuwt: volg je buikgevoel! Een baby kan je niet verwennen. Als je hem laat wenen wordt hij angstig en onzeker. Loop er maar de hele dag mee rond in de draagdoek. Alles op het tempo van je kind.

En kamp 2 is overtuigd: hij is nu oud genoeg om een routine aan te leren. Nu moeten de eerste opvoedingsstappen gezet worden! Hij moet zichzelf leren troosten en in slaap wiegen. Je mag hem niet verwennen door bij elke piep te reageren.

En ik weet niet meer wat er klopt.

Dus ik doe wat ik zo goed kan: mijn heil zoeken bij 'lotgenoten' en mijn goede, oude vriend Google.

En wat blijkt: ontwikkelingssprong nummer één (die van 6 weken) is nog niet deftig verteerd en de volgende kondigt zich al aan. Daar hoort bij dat meneer eigenlijk volledig in de war is want hij weet niet wat hij moet aanvangen met al die nieuwe dingen die hij ziet en hoort en leert.
Dus hij heeft een houvast nodig, een vertrouwde omgeving en aangezien hij niet terug in mijn buik kan kruipen, kruipt hij liefst van al zo dicht mogelijk tegen mij aan. In mijn armen dus.

Ik heb er mij wel al enkele dagen tegen verzet. Hij moest en zou slapen, in zijn bed. Wenen of niet. En hij zou in zijn park blijven liggen want het eten moet gemaakt worden en het huis moet gekuist worden.
Hij was zich aan het aanstellen.
Wist ik veel dat het ventje ondertussen keihard lag te panikeren en eigenlijk gewoon tegen mijn lijf wou kruipen.
Schuldgevoel, jawel!

Ik geloof erin dat baby's van jongs af aan routine nodig hebben. En in hun eigen bed moeten leren slapen en niet de hele dag gepakt moeten worden.
Maar misschien moet ik in mijn overtuiging ook wat plaats maken voor mijn mannetje zijn ritme.
Want het is allemaal wat veel voor zo'n klein bolletje.

En stiekem geniet ik er ook keihard van dat hij bij mij troost vindt. Dat hij zijn neusje in mijn hals duwt en diep zucht en als een blok in slaap valt.
De dag dat hij niet meer zal komen flokken zal er snel zijn, zeggen ze...

Dus ik zal weer een poging ondernemen om alle goede raad aan de kant te zetten en de afkeurende blikken te negeren als ik hem uit zijn park of bedje haal.
Of mijn best doen om niet uit te vliegen als een volslagen vreemde zegt dat mijn kind nogal een verwend nest is.

Aan dat opvoeden kom ik nog wel, ik knuffel en verwen eerst nog een beetje verder.
Sprong per sprong ♡

dinsdag 7 juli 2015

Acht weken

Mensen zeggen vaak dat een kind krijgen je leven volledig verandert.
Ik dacht dat ik daar op voorbereid was, maar niets was minder waar.
Je kan je niet voorbereiden op de impact van de komst van zo een klein mensje.
Het is waar wat ze zeggen, alles verandert. Jijzelf, je relatie, de relatie met je familie, je vriendschappen, je prioriteiten.
Ik heb lang het gevoel gehad dat alles binnenkort wel weer normaal ging worden, het drong helemaal niet tot mij door dat dit voor altijd is.
Niel is nu bij ons en die gaat de eerste jaren niet meer weg. En ik ben nu mama en David papa en dat is nu onze belangrijkste rol.

Maar na acht weken begint alles eindelijk op zijn plooi te vallen.
We beginnen Niel heel goed te kennen, hebben zelfs al wat routine in zijn leventje gekregen waardoor hij eigenlijk fantastisch slaapt. Hij eet goed en heeft geen last meer van krampjes door zijn nieuwe voeding.
We zijn veel beter geworden in het mama en papa zijn in die twee maand. We panikeren minder, hebben heel snel geleerd om ons buikgevoel te volgen en zoeken onze bevestiging enkel nog bij Niel: wij zijn blij als hij blij is...

Hij is ook al ontzettend veel veranderd. Fysiek alleszins, hij weegt ondertussen al 5,5 kilo, ferm bolletje dus. En hij is ook enorm gegroeid, de pasgeboren baby van een paar weken geleden is helemaal weg en is nu een ferm Michelinmannetje met lekkere, dikke billen.
Zijn eerste lachje is gepasseerd, wat voor mij een heel belangrijk moment was. Het voelde als de bevestiging waar ik al weken naar op zoek was: 'ja mama, natuurlijk ben ik gelukkig, want ik lach'.
Oef!
Hij speelt ook al een beetje alleen, wat de dagen thuis veel dragelijker maakt. Ik moet niet meer een hele dag met hem op de arm lopen, hij ligt liever in zijn park naar zijn mobile te kijken waardoor ik plots weer twee handen vrij heb.

Ik ga ondertussen graag met hem op stap. In het begin waren we een uur bezig met het verzamelen van zijn spullen, nu gooi ik een fles in de luiertas en we zijn weg.
En ik laat hem ook graag eens achter, bij de grootouders, de meter of de peter zodat David en ik nog eens een avondje met ons twee hebben of ik een uurtje voor mezelf.

Het zijn acht bewogen weken geweest, zonder enige twijfel de meest intense van mijn leven. Het is al lang geen geheim meer dat die eerste weken voor mij de hel waren, maar ik denk dat ik daar nu volledig ben uitgeklauterd.
Alles is voor mij veranderd met dat eerste lachje, sindsdien geniet ik met volle teugen van mijn mannetje.
En ik kijk er enorm naar uit om hem verder te zien groeien. Ik wil hem zien brabbelen en rollen en kruipen.

Achteraf gezien waren die eerste weken niets voor mij, al had ik dat nooit gedacht. Voor veel vrouwen is de baby-periode de leukste en ik was ervan overtuigd dat dat bij mij ook zo zou zijn.
Maar neen, geef mij maar een kind waarmee ik kan communiceren en spelen in plaats van een klein, hulpeloos hoopje.

Op naar de volgende acht weken, kleine Niel ♡


donderdag 25 juni 2015

Vertrouwen

We zijn zes weken ver en dat is blijkbaar geen gemakkelijke periode. Mijn happy baby is niet altijd zo happy, mijn slapertje slaapt niet meer zo veel. Nee, hij wil vastgehouden worden. En zijn stembanden uittesten. Hij heeft pijn.
Het is blijkbaar een periode van ontwikkelingssprongen en groeispurten en krampjes en dat maakt het soms nogal... uitdagend.

Ik ben het grootste deel van de dag alleen met hem en soms wordt mijn geduld serieus op de proef gesteld.
Dan ben ik blij dat mijn broer en schoonzus eens passeren om hem een halfuurtje uit mijn handen te pakken zodat ik kan douchen (en eens een volwassen gesprekje kan voeren).
Dan ben ik blij dat mijn mama bij mij komt zitten en ook eens zijn tuut in zijn mond gaat steken.
Dan ben ik blij dat mijn ventje thuis komt, Niel in de buggy plooit en een uur gaat wandelen.

Soms wil ik het liefst van al eventjes alleen zijn. Hem bij de grootouders of de peter of de meter droppen en even genieten van de rust en de stilte.
Maar dan knaagt het.
Want zij weten niet dat hij graag met zijn buikje op onze arm ligt. Of dat hij nog bozer wordt als je zijn tuutje in zijn mondje duwt als hij krijst. Dat hij graag in de schommelstoel zit. Of dat hij kalmeert als ik mijn neus in zijn nekje duw en zachtjes kusjes geef. Dat hij graag boven zijn oogjes gestreeld wordt...
Dan ben ik bang dat ze hem gaan laten krijsen en daar ben ik niet voor. Of dat ze hun geduld gaan verliezen want het is met momenten echt moeilijk.

Het is weer een lesje in het loslaten. Vertrouwen hebben dat andere mensen even hard hun best zullen doen om zijn pijn te verlichten of hem te troosten.
Dat ze ook het allerbeste met hem voor hebben, en ook instincten hebben die hen zullen vertellen wat ze moeten doen.

Dat ze misschien zelfs trucjes kennen die ik niet ken.

woensdag 24 juni 2015

Glimlach

En dan plots, op een moment dat ik het keihard nodig had, lachte hij.
Ik was een beetje onnozel babygebrabbel aan het uitkramen en blijkbaar verstond hij mij.
Want hij keek me recht in de ogen en zijn mondhoekjes krulden wat omhoog en plots was het er: zijn eerste, echte lachje.

Mijn moederhart...
Ik ben nog eens helemaal verliefd geworden op hem, mijn klein bolletje perfectie.
Die zelfs de mottigste momenten weer helemaal goed maakt. ♡

dinsdag 23 juni 2015

Déjà-vu

We zijn terug waar we begonnen zijn. Op de materniteit. Met ons drie.

Want joepie, ik mag de voorbije gelukzalige weken afsluiten met een baarmoederontsteking. Of blaasontsteking. Of iets anders. Ze weten het nog niet helemaal, we wachten de uitslagen van de onderzoekjes af. Alleszins een zware ontsteking in het kleine bekken die gisteren gepaard ging met heel hevige buikpijn en hoge koorts.
Dus ik heb een infuus met antibiotica. En gelukkig een kamer op materniteit zodat mijn twee mannen bij mij kunnen blijven want 's nachts rondhuppelen en Niel in mijn armen houden zit er nog niet echt in...

Het doet alleszins raar om hier terug te zijn. Dezelfde kamers, dezelfde vroedvrouwen, Neonatologie op de gang. Het brengt heel veel naar boven.

Maar het brengt ook rust!
Terug eten op de schoot krijgen, lieve verpleegsters die mij helpen en mijn ventje die zich over Niel ontfermt als hij weent of als ik wil slapen.
Een geluk bij een ongeluk dus!


zondag 14 juni 2015

Slagveld

Het is geen geheim dat een zwangerschap nogal wat veranderingen teweeg brengt in je lichaam. Ik heb me de voorbije maanden dan ook niet ingehouden om te schrijven en te klagen over de voor mij eindeloze reeks kwaaltjes. Aan elk deeltje van mijn lijf was er wel iets veranderd.
Tegen het einde van de zwangerschap keek ik er enorm naar uit om van die dikke buik en bijhorende klachten verlost te zijn. Terug normaal stappen, slapen, bewegen. Geen oprispingen meer of eetbuien of moodswings. Geen gezwollen handen en voeten. Terug normale seks!

Mijn lijf zou eindelijk terug van mij zijn.

 Ik was absoluut niet voorbereid op het slagveld dat nu overblijft.
Normaal stappen kan ik nog steeds niet. De eerste dagen na de bevalling strompelde ik als een kreupele van mijn bed naar de badkamer en terug. Als ik nu meer dan een kilometer wandel heb ik nog steeds het gevoel dat mijn ingewanden er gaan uitvallen.
Naast dat strompelen krimpte ik in het ziekenhuis ook elke 5 minuten ineen door de naweeën, die al helemaal niet aangenaam zijn als je buik net opengesneden is. En er brak complete paniek uit in mijn hoofd als ik moest hoesten, niezen of lachen want dat deed enorm veel pijn aan de wonde.
En al dat overtollig vocht die mijn handen en voeten en gezicht zo deden opzwellen? Uiteraard gaat dat niet vanzelf weg, nee. Ik heb dat er allemaal uitgezweet, gedurende een week of twee, wat leidde tot zeer appetijtelijke taferelen.
De hormonen zorgden dan ook weer voor een acne-uitbraak die ik eerder met een beugelende puber zou associëren en de borstvoeding deed mijn borsten de eerste dagen opzwellen tot gigantische watermeloenen die het met momenten pijnlijk maakten om te stappen.
Lopen is ook volledig onmogelijk door de toestand van mijn borsten, wat ik op pijnlijke wijze ontdekte tijdens een spurtje naar de auto bij een hevige stortbui.
Dan is er uiteraard nog 'de snee', waar het allemaal gebeurd is. Gelukkig goed verstopt maar toch niet zo mooi en eigenlijk helemaal scheef (ga ik de gynaecoloog toch wel eens moeten over aanspreken).
And last but not least: de buik. Dat hij enorm was, weten we allemaal. En ik geef toe dat ik er wel al bij stil gestaan had dat er een ware ravage zou achterblijven. En ja, een ravage is het. Flubber met heel veel grote paarse striemen. Maar wel overgevoelige flubber die geen aanraking verdraagt, terwijl andere stukken precies verdoofd zijn, alsof ik met mijn buik naar de tandarts geweest ben.
Zelfs op mijn rug is vrij veel flubber te bespeuren, al herinner ik mij niet dat er daar veel actie was tijdens de zwangerschap. Ik zou zelf denken dat mijn rug er gespierd zou uitkomen na al die maanden al die kilo's rond te dragen, maar neen.

Ik weet maar al te goed wat er nog komt. De laatste kilo's die er nog af moeten maar precies niet van plan zijn om mijn zijde snel te verlaten.
Haaruitval is blijkbaar ook eentje dat mij nog te wachten staat.
En sta mij bij, ik ga moeten sporten om alles weer wat strakker te krijgen.

Maar ik mag niet klagen, volgens mijn goede en immer positieve vriendin L.
Want 'mijn foef is tenminste nog intact'.

Eindelijk

We zijn ondertussen vijf weken ver en ik kan nu wel met enige zekerheid zeggen dat de emotionele gekheid achter de rug is. Ik voel mij terug stabiel, ik kan weer lachen, ik kan weer genieten. Ik voel me zelfs heel af en toe weer een beetje mezelf.
Er is terug energie, ik kan het huishouden weer aan (ik heb de kraamhulp zelfs stop gezet want ze tetterde net iets te veel en ik vind het toch maar raar dat iemand je huis kuist of strijkt terwijl jij in de zetel zit), ik heb zelfs al twee keer de moed gehad om mensen uit te nodigen om te komen eten en heb er zelfs nog van genoten ook.
Ik durf het aan om met Niel alleen op stap te gaan (wat echt niet evident is met het voeden en het kolven en de hele verhuis) en ik zie het terug zitten om borstvoeding verder te geven, in plaats van helemaal af te bouwen zoals ik eerst van plan was.
Daarboven hebben we nog het geluk dat onze kleine man eigenlijk wel een vrij flinke slaper is en we er dus niet constant als zombies bijlopen. David slaagt er zelfs in om opnieuw te trainen ondanks de korte nachten en fulltime werken.
En om het verhaal helemaal af te maken: ik kan eindelijk met heel mijn wezen genieten van mijn klein, zalig, prachtig zoontje. Die de boel onderkakt en niets anders wil doen dan op de arm liggen (behalve 's nachts gelukkig!). Die de meest serieuze en onnozele gezichten kan trekken. Die elke dag bij zijn mama in het grote bed mag kruipen voor een laatste ochtenddutje.

Mijn hart loopt over, eindelijk.


zaterdag 6 juni 2015

Het Jaaroverzicht

Exact een jaar geleden leerde ik een jongen kennen, online. Ik vond hem adembenemend knap, met zijn Wentworth Miller circa Prison Break-look.
We zijn beginnen te babbelen en wonder boven wonder had hij nog iets te vertellen ook. Voor ik het wist zat ik uren per dag met mijn GSM in de hand, te tetteren, te giechelen, te blozen.
Enkele dagen later vertrok ik op reis met mijn ouders. Ik ging er een beetje van uit dat die jongen die mij deed blozen wel wat beters te doen had dan een week te zitten wachten tot ik weer op internet kon.. Andere meisjes doen blozen bijvoorbeeld..
Maar ik was verkeerd, gelukkig maar. Enkele dagen later stond ik als een nerveus Duracelkonijn voor mijn raam te huppelen, want hij kwam mij ophalen. Een blind date begot. Ik ga het beeld nooit vergeten: hij rijdt door mijn straat, keert zich wat verder en parkeert voor de deur. Met een witte T-shirt aan.
Ik ben nét niet ontploft, denk ik.

En vanaf toen ging het allemaal snel. Die eerste date was leuk. Zoals het hoort, iets eten, babbelen, iets drinken, nog babbelen, nog iets drinken en braaf naar huis.
Maar er kwam nog een date. En nog een, en die werden alsmaar leuker. Voor ik het wist kreeg ik die Wentworth Miller-kloon mijn huis niet meer uit en ik vond dat geen klein beetje jammer.
De zomer was begonnen, heel het land en wij waren in de ban van het WK voetbal, we hadden verlof dus er waren picknicks en uitstapjes naar de zee..
De dagen zweefden voorbij.

Dat het goed zat wisten we al heel snel. En dat we op dezelfde lijn zaten en dezelfde dingen wilden ook. Plots hadden we beslist om volledig gek te doen. Als het voor de artsen van het UZ goed was, gingen we aan kindjes beginnen. Gewoon, omdat we dat allebei zo graag wilden, heel goed beseffend dat het een gigantische sprong in het duister zou zijn.
En zo geschiedde, mijn pil vloog in de vuilbak, we gingen op zoek naar een huisje met voldoende ruimte, weg van de stad en we maakten een klein mannetje op reis in Budapest.
Helemaal, 100%, made with love.

De rest is al lang geen geheim meer. We gingen samenwonen in oktober, zijn getrouwd in februari en werden mama en papa in mei. Al het geluk van de wereld in minder dan een jaar.

Een jaar geleden had ik dit nooit durven dromen. Iemand zo kort kennen en zwanger worden? Bewust dan nog? No way! Getrouwd, ik? Neenee.
Maar ik heb er nog geen halve seconde spijt van gehad. Ik word gek van geluk als ik denk aan mijn twee mannetjes, of mijn trouwring zie en besef waar hij voor staat. Soms word ik bang omdat ik vrees dat zoveel geluk niet kan blijven duren.
Het was mij het jaartje wel. Eentje uit de duizend.
Het allerbeste. Tot nu toe.

De Witte Wolk

De zwarte wolk is verdwenen. Geen huilbuien meer, geen dramatische of negatieve gedachten, geen lood in mijn schoenen als Niel begint te huilen omdat hij honger heeft. Ik kan weer lachen.
Wat zeker niet betekent dat ik mij nu in het Beloofde Land bevind, de Roze Wolk, Moedermekka.
Ik weet zelfs niet of ik daar ooit zal geraken. Genieten, zeggen ze. Genieten!
Ik kan nog steeds moeilijk verstaan van wat.
Ja, mijn ventje is ontzettend mooi en schattig. En hij verandert zo snel en ik zie hem al een klein beetje ontwikkelen.
Maar hij kan ook zo vreselijk krijsen, dat gaat door merg en been. En 's nachts slapen, daar doet hij niet aan mee. Wakker zijn betekent voor meneertje ook op de arm liggen, en niet in zijn park of wipper. En hij zal niet opgeven tot hij krijgt wat hij wil, mijn kleine doorzetter.
Het is niet gemakkelijk. Maar ik begin het precies beter en beter te kunnen. Ik begin hem misschien een beetje te kennen.
Ik heb ook ontzettend veel gehad aan de reacties op mijn vorige blog. Ik ben er enorm van verschoten hoeveel mama's mijn gevoel herkenden en mij een hart onder de riem wilden steken. Want hoe hard ik mijn best ook doe, ik krijg het niet uitgelegd aan mensen die het niet hebben doorgemaakt. Maar man, wat heeft die (h)erkenning deugd gedaan.

Ik zou misschien heel stilletjes durven stellen dat er echt beterschap op komst is. Komt het door de hormonen die zich beginnen te gedragen? Of omdat het einde van de borstvoeding in zicht is? Of omdat de zon schijnt?
Ik weet het niet, ik voel gewoon dat ik af en toe begin te genieten van dat klein bolletje in mijn living. Van zijn geluidjes. Van de knuffels. Van zijn mooie ogen die zo serieus in mijn ogen kunnen staren.

Geen zwarte wolk meer, zeker ook geen roze. Maar misschien bevind ik mij nu wel al op een doodgewone, neutrale, witte wolk. En dat is genoeg, voor nu.