dinsdag 17 november 2015

Anti-depressiva

Ik had het er ferm moeilijk mee dat ik anti-depressiva moest beginnen te nemen. De psychiater schreef het voor alsof het Dafalgan was, wat te begrijpen valt aangezien anti-depressiva voorschrijven voor haar dagelijkse kost is.
Maar ik vond het een hele grote drempel. En ik vond het eng.
Nog voor ik de eerste pil genomen had verviel ik al in oude gewoontes en ging ik op het internet meer informatie zoeken. Mensen spraken van de gekste bijwerkingen: permanent geheugenverlies, dagenlange insomnia, gewichtstoenames van meer dan 30 kilo.
De moed zonk mij nog meer in de schoenen. David pushte mij een beetje, en mijn ouders ook.

Ik nam de eerste pil op dinsdagochtend rond 8 uur en begon me rond 11 uur vreselijk slecht te voelen. Hoofdpijn, duizelig, misselijk, slappe benen. Ik was op stap met Niel in de draagzak en was bang dat ik elk moment kon omvallen.
Ik stop hier onmiddellijk mee, dacht ik. Wat ben ik met mijn lijf aan het doen?

Ik belde 's avonds de psychiater op en vertelde haar over mijn klachten. Ze omschreef ze als heel ongewoon en zei dat ik nog even moest doorbijten.

Gelukkig maar. Achteraf bleek dat ik op een zeer slecht moment een griepje te pakken had (David volgde een dag of twee later) en dat ik eigenlijk heel weinig bijwerkingen had van de medicatie.

Het viel mij wel op dat ik eerst nog een paar dagen veel dieper gezakt ben. Maar op een dag stond ik 's morgens op met wat energie. Ik ging wat opruimen. En eens wandelen. En dat ging...
Elke dag ging het een beetje beter, ik deed andere dingen dan op de zetel liggen en was veel rustiger. Ik was niet meer opgejaagd wanneer Niel niet wilde eten.
Wenen deed ik ook niet meer. De hele dag slapen ook niet.

Ik was overtuigd, die pillen waren de max.

Uiteraard is het niet zo eenvoudig. Sommige problemen vallen nu eenmaal niet met een pilletje op te lossen. Ik heb goede en slechte dagen. Soms voel ik me raar.. Dan ben ik de enige dag overgelukkig en loop ik heel de dag met een glimlach rond, om de dag erna toch weer net iets te veel in de zetel te liggen.

De vragen en twijfels en onzekerheden zijn er nog, maar gewoon niet meer zo opvallend. Maar ze zijn er en ik wil ze weg. Van therapie is er jammer genoeg nog steeds geen sprake. De wachtlijst blijkt langer dan gedacht.
Maar zoals ik al eerder zei, het gaat, dus ik kan wel even wachten.

Wat ik verder ook graag wil vermelden, is dat het aantal mensen rondom mij die anti-depressiva neemt of genomen heeft echt groot is. Het verbaast mij enorm.
Maar het past wel in het plaatje van 'mentale ziektes zijn taboe'.

Er is werk aan de winkel dus. Maar eerst mezelf genezen vooraleer ik de wereld probeer aan te pakken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten