maandag 25 april 2016

Terugval

Ik heb het gevoel dat ik soms moeite moet doen om de dingen die ik hier vertel te laten matchen met de titel van mijn blog. Ik had hem misschien beter anders genoemd. Want hij gaat voor het grootste deel over mijn postnatale depressie, en jammer genoeg zal deze post niet anders zijn. Of mijn depressie nog postnataal kan genoemd worden weet ik niet, maar ze is er weer, de klootzak. Op een paar dagen tijd, door een paar kleine (maar in mijn hoofd gigantische) gebeurtenissen ben ik precies helemaal terug aan het begin.
Zo gaat dat zeker?
Een hele weg omhoog kruipen met de grootste moeite van de wereld, richting beterschap en een beter gevoel. Om dan na zoveel maanden weer terug te vallen, de diepe, zwarte put in. 
De oorzaak? Die is misschien niet het vermelden waard.
Niel is zalig, David is zalig. Ons huis is zalig.
Maar ik ben nog steeds mezelf. Alhoewel, ik ben nog steeds een zwakke versie van mezelf. Ik ben fragiel en niet echt weerbaar. Waardoor ik momenteel ook niet veel aankan, zo is alvast gebleken. 
Ik kan zo verlangen naar hoe ik vroeger was. Het leven valt mij zo zwaar nu. Vroeger leek alles zo eenvoudig, ik piekerde minder, twijfelde minder.
En nu lijkt alles een enorme hindernis. Ik zie mijn toekomst totaal niet zitten, ook al ziet ze er eigenlijk rooskleurig uit.
Depressie dus. 
Opnieuw voel ik me schuldig, en een aansteller. Opnieuw ben ik bang om wat mensen gaan zeggen en gaan denken. En ik ben bang voor wat de gevolgen gaan zijn. En bang dat het nooit zal overgaan. Dat ik me altijd zo zal blijven voelen.
Ook dat is depressie. 
Fuck, het valt me zwaar.

Update

Geen nieuws is goed nieuws, zeggen ze.
Vandaar de lange stilte.
We zijn ondertussen verhuisd. Ik dacht dat ik me pas echt volwassen ging voelen wanneer ik mama zou worden, maar blijkbaar was dat nog niet het toppunt.
Nu pas voel ik mij écht volwassen. 
In mijn eigen huis, met een tuin en een wasdraad. Met kamers voor de kinderen en een zolder. Een eigen huis in een gezellig dorp. Ik, mevrouw De Lombaerde, mama van Niel en eigenares van een huis. 
Het is gewoon heel leuk. Ik fantaseer plots kilometers ver in de toekomst. Ik zie Niel door de tuin waggelen, en voetballen als hij groter is. Ik zie verjaardagsfeestjes en etentjes op terras.
Ik zie Niel huiswerk maken aan de grote tafel, en met deuren smijten wanneer hij pubert. 
Dat zie ik sinds we in ons nieuw huis wonen: gewoon wij drie en ons doodnormaal, modaal leven in een Vlaamsch dorp. En het maakt mij dolgelukkig. 
Met Niel gaat het super. Hij is nog altijd even braaf en zijn ogen zijn nog altijd even blauw. Hij wordt volgende maand 1 jaar en zegt al 'mama' en 'papa'.
Hij kruipt rond en trekt zich overal aan op. En meneer gaat op het potje, wanneer het hem past.
Het wordt vaak gezegd maar ik meen het echt: ik zie hem elke dag een beetje liever. 
Met mij gaat het goed. Ik ben nog steeds in therapie en ben nog steeds aan de pillen, maar dat is ook nodig. Ik heb gelukkig een psychologe gevonden waarmee het echt klikt. Iemand die me echt helpt om dingen uit te spitten, op te graven en te verwerken. Waardoor ik elke dag mezelf beter leer kennen en verstaan. 
De medicatie maakt me soms wat gevoelloos en afgevlakt en daar heb ik het wat lastig mee. Ik vraag me af hoe ik me zou voelen zonder. Zou ik meer liefde voelen voor Niel? Zou ik me gelukkiger voelen? Meer intens kunnen genieten van dingen?
Ik heb met het idee gespeeld om te stoppen, maar ben bang voor de andere zijde van de medaille.
Zal ik weer diep zakken? Weer beginnen twijfelen en onzeker worden?
Na veel gepieker heb ik toch beslist om voor de veilige optie te kiezen en nog eventjes vlak door het leven te gaan. 
En om misschien ook de dingen aan te pakken die nog moeten aangepakt worden, terwijl ik mijn emoties onder controle kan houden. Want ook al maken de meeste aspecten in mijn leven mij momenteel dolgelukkig, er zijn er ook die mij met momenten net niet doen instorten. En oh nee, dat is het mij niet waard.
Problemen zijn er om aangepakt te worden, dus er wordt gretig gezocht naar een oplossing.
Wie zegt dat het leven niet helemaal perfect kan zijn?