maandag 28 september 2015

Relativeren

Grappig hoe het menselijk brein in elkaar zit.

Het ging zo slecht met mij en iedereen gooide goedbedoelde raad naar mijn hoofd en ik kon die niet aanvaarden.
Doe Nieltje eens wat meer weg. Neem wat tijd voor jezelf of jullie twee.
Laat alles eens wat los, het komt vanzelf wel goed. Stop met piekeren. Stop met te proberen om alles te controleren.

Maar ik kon het niet. Ergens wist ik wel dat iedereen gelijk had, maar ik kreeg mijn hoofd niet stil.
Tot we terugkwamen van Normandië. Ik had er een nachtje over geslapen, had alles laten bezinken en besefte dat het eigenlijk allemaal wel meeviel.
's Avonds waren we langs geweest bij mijn ouders en hadden we heel goed gebabbeld. En thuis met ons twee ook nog eens.

En ik voelde mij plots niet meer zo abnormaal. Ja, ik ben een flippende, onzekere moeder maar dat zijn we allemaal. En misschien maakt mij dat ook wel een goede mama, who knows?

En ik voelde plots wat rust in mijn hoofd. Alsof al die goede raad plots binnendrong en ik weer wat helder kon denken.
Alles komt wel goed met Niel. En met mij. En met ons.
Ik heb het mijzelf zo lastig gemaakt de laatste tijd, omdat ik het zo goed wilde doen.
En net nu ik dat loslaat en mij erbij neerleg dat Niel soms weent, dat ik hem soms bijna laat vallen, dat hij niet altijd zijn fles leegdrinkt en dat ik soms kak aan mijn eigen handen smeer, net nu geniet ik plots veel meer.

Ik voel eindelijk die overweldigende liefde. Ik zie hoe zalig hij is. Ik hou van hem. Ik geniet van hem en zijn kunstjes.
Ik kon wel huilen van geluk toen hij gisteren voor de eerste keer omrolde. En hij had mij daar niet voor nodig.

Nu ik het eventjes helder kan bekijken, versta ik alles beter. Maar het is ook zo jammer. Waarom heb ik het zo ver laten komen?
En is dit weer stilte voor de storm? Want ik heb me in periodes al beter gevoeld, om dan helemaal opnieuw in een zwart gat te vallen.

Nog twee weken en ik ga terug aan het werk. Wie weet komt die broodnodige afstand tussen Niel en mij dan eindelijk tot stand. Ik zal weer meer zijn dan Niel zijn mama, verzorger en dienaar.
Tijd voor mijzelf zal er dan vanzelf zijn, ook al is het op het werk.

Maar nu wil ik nog twee weken genieten. En proberen vast te houden aan mijn huidige state of mind.
Controle lossen, niet te veel nadenken en relativeren wat misloopt.
Want tot nu toe werkt dat precies wel...


vrijdag 25 september 2015

Normandië

We hebben onze reis onderbroken en zijn vroeger dan gepland naar huis gekomen, omdat het niet te doen was met Niel.
De oorzaak was simpel: zoals ik eerder al vermeldde is onze zoon overdag een heel slechte slaper. Hij heeft een pikdonkere, stille ruimte nodig, dan zal hij misschien eens een uurtje aan een stuk doorslapen.
En aangezien een tripje door Normandië meestal bestaat uit van de ene naar de andere plek rijden, kwam er van slapen niet veel in huis.

Hij sliep 's ochtends nog een beetje op de kamer en ging daarna rustig aan in overdrive in de auto. Te veel licht, te veel lawaai en veel te veel te zien, slapen was blijkbaar het laatste waar hij aan dacht.
Af en toe gaf hij eens toe aan de vermoeidheid in de draagzak, niet meer. Dus zaten we elke avond om vijf uur op de hotelkamer, in het donker en al fluisterend. Zodat meneertje toch een beetje zou slapen.
En aten we sandwiches met beleg van de supermarkt in plaats van gezellig op restaurant te gaan. En dronken we wijn uit plastic bekertjes en speelden we domme spelletjes op de iPad.
De ene keer dat we wel iets gingen eten samen liepen we om de beurt rondjes met de buggy op de parking, zodat hij niet het hele restaurant bijeen zou schreeuwen.
Samen een filmpje kijken of een beetje babbelen zat er ook niet in, want van het minste geluidje werd hij wakker.

Ontspannend was het niet, integendeel.
Dus hebben we beslist om naar huis te komen. Waar er altijd een stille, donkere kamer ter beschikking is. Waar we niet heel de tijd moeten fluisteren.
Waar Nieltje zich duidelijk honderd keer beter voelt, want hij slaapt en eet weer zoals het hoort.

Het waren zeer stresserende dagen. Zelfs David, die altijd zoveel geduld heeft, werd er helemaal opgedraaid van. Continu gehuil in de auto, geen woord tegen elkaar kunnen zeggen, nog niet de helft kunnen doen van wat ik gepland had.
De terugweg heeft twee uur langer geduurd dan gepland, omdat we zoveel moesten stoppen (Niel stond een paar keer op ontploffen...).

Geen ontspannend verlof dus, wel weer veel gepieker, schuldgevoel en een paar nieuwe lesjes geleerd.
Ik wil zo graag dingen doen met hem, buiten komen, uitstapjes doen, maar hij laat het jammer genoeg nog niet toe.
Verwacht ik te veel van hem? Ik weet het niet...
Kon ik maar een weekje op vakantie...

zondag 20 september 2015

Gelukzak

We trekken er op uit.

Net wat ik momenteel nodig heb, vijf dagen weg van alles en iedereen.
Geen verplichtingen, geen huishouden, niemand die me in de gaten houdt.
Niet meer doen alsof alles dik oké is als ik in gezelschap ben.
Gewoon ik en mijn twee mannen. Op uitstap, op hotel, ver weg!

We hadden dit tripje gepland omdat ik bijna terug begin te werken en mijn 'verlof' er dus bijna op zit.
De realiteit komt snel dichterbij...
Wat ben ik blij dat we dit toen beslist hadden. Wat ben ik blij dat David net nu twee weken verlof heeft, net wanneer het voor mij helemaal niet meer ging.

Want eerlijk gezegd, alles gaat beter als hij er is.
En nu krijg ik vijf dagen alleen maar hem. En Nieltje. Alles wat een gelukzak zoals mij nodig heeft.

Tijd om te rebooten.
Ik ga offline.

zaterdag 12 september 2015

Postnatale depressie

Het begon allemaal toen ik net zwanger was, nu een goed jaar geleden.
Vanaf dag een ben ik helemaal veranderd. Ik was enorm bang voor wat mijn diabetes met Niel zou doen, ik voelde me heel snel schuldig als ik eens een glaasje dronk of een stukje niet-helemaal-uitgebakken vlees at.
Ik was ook heel onzeker, elk krampje en kwaaltje deed me wankelen en ik zat geregeld in paniek bij de gynaecoloog of op het verloskwartier.
Ik was toen al met momenten enorm emotioneel en hormonaal, ik had toen al vaak het gevoel dat ik de controle over mezelf kwijt was.
Dus ging ik maar proberen om andere dingen te controleren. Ik zocht op hoe ik Niel ging leren doorslapen, hoe ik hem het beste ging opvoeden, ik maakte beslissingen die ik toen eigenlijk nog niet kon maken.
Ik stelde een geboorteplan op, in de waanzinnige veronderstelling dat ik de bevalling zou laten gebeuren zoals ik dat wilde.
Achteraf moet ik daar mee lachen, maar ik wist echt van niet beter.

Ik ben aan de bevalling begonnen met de slechtst mogelijke ingesteldheid. Met Google als mijn beste vriend en een vrij arrogante houding, want ik ging Moeder Natuur namelijk proberen doen wat ik wilde.
Wel, Moeder Natuur kicked my ass.

Alles liep anders dan ik had gewild en gepland. Het was voor mij een zeer emotionele en traumatische gebeurtenis, waar ik na vier maand nog altijd niet aan wil terug denken, want dan krijg ik het warm en koud tegelijk.

Vanaf toen begon alles vorm te krijgen. Vermoeidheid, stress, onzekerheid en drang naar perfectie duwden mij in een negatieve spiraal.
Ik voelde mij schuldig en was keihard voor mezelf.
Want het was mijn schuld dat Niel op Neonatologie moest. Mijn schuld dat hij geboren werd met een keizersnede, ik had maar beter op mijn suiker moeten letten.

Toen we thuis kwamen ging het steil bergaf. De negatieve emoties en gedachten overspoelden mij volledig. Ik huilde continu. Ik was bloednerveus voor elke voeding omdat het aanleggen zo moeilijk ging.
Ik vond het vreselijk voor Niel dat ik zijn mama was.
Ik wilde liefst van al gewoon weg. Ik wilde dat ik er nooit aan begonnen was.
Maar hij was er en we moesten vooruit.

Ondertussen is Niel vier maanden en kan ik zonder enige twijfel zeggen dat ik nog steeds met een ferme postnatale depressie zit. Al is het verdomd moeilijk om toe te geven en onmogelijk om te aanvaarden. Ik, die al zo lang kinderen wil, de kinderverpleegkundige, kan het niet aan. Nu hij er eindelijk is, vind ik het helemaal niet leuk.
Voor mij is dat verschrikkelijk.

Jammer genoeg zit ik helemaal vast in een draaikolk van negatieve gedachten, piekeren en angstaanvallen.
Ik ben zo onzeker dat elke opmerking van David, onze ouders of gelijk wie mij helemaal doet wankelen. Elke goedbedoelde tip voelt voor mij aan als een klop in mijn maag en klinkt als: 'je doet het niet goed'.
Wanneer iemand zegt dat Niel een verse pamper nodig heeft voel ik me rotslecht want ik had dat moeten zien want ik ben zijn moeder.
Als hij bij iemand anders zijn fles leeg drinkt en bij mij niet, zet ik mij met plezier een uur te janken.
En het is best opmerkelijk dat mensen zich helemaal niet inhouden om te zeggen wat je beter moet doen, wat je fout doet en noem maar op, maar dat sinds Niel zijn geboorte nog niemand eens gezegd heeft dat ik het wel goed doe, dat ik een goede mama ben.
Dat krijgen mensen precies moeilijker over hun lippen.

Jammer genoeg bots ik ook op heel veel onbegrip. Mensen zeggen mij dat ik moet stoppen met piekeren en niet zo bezorgd mag zijn. Alsof ik dat zelf nog niet bedacht had. Ik kan het niet.
Ik krijg mijn hoofd niet stil. Ik kan niet stoppen met piekeren en denk elke seconde van de dag maar aan een ding: Niel.
Ik maak me constant zorgen, over zijn gezondheid, zijn gevoel, zijn geluk en zijn toekomst.
En de verantwoordelijkheid die daarbij komt kijken blijkt voor mij precies te zwaar om te dragen. De angst om fouten te maken verlamt mij volledig.

Eigenlijk zou ik de titel beter veranderen in pre-, per- en postnatale depressie. Want ik snap ondertussen dat mijn probleem niet begonnen is ná de bevalling. En het probleem is er zeker eentje die mij nog eventjes zal achtervolgen.
Ik zit momenteel heel diep. Heb net genoeg energie om voor Niel te zorgen en een beetje liefde te geven aan mijn fantastische echtgenoot.
Geduld en professionele begeleiding zullen hopelijk een verschil maken, ondertussen doe ik verder, stap voor stap. Probeer ik kleine dingen los te laten. Probeer ik hem af en toe uit handen te geven.

En probeer ik mezelf ervan te overtuigen dat ik eigenlijk een heel goede mama ben.

maandag 7 september 2015

Huismus

Niel is een schat van een baby, maar niet de gemakkelijkste...
Hoe kan het ook anders, met die stomme reflux die maar niet behandeld geraakt. En die stomme koemelkallergie die zorgt voor krampjes en diarree. 
Dus hij is met momenten... lastig. 
Hij slaapt nog steeds moeilijk overdag. Enkel in een pikdonkere, stille kamer zal hij een uurtje aan een stuk slapen. 
En dan nog moet ik af en toe binnen gaan om een krijsende baby te sussen met een tuutje.
Hij is met momenten ook heel kieskeurig als het gaat over 'op de arm liggen'. 
Hij wil enkel schuin op de arm, met zijn buik tegen die van mij, een hand op zijn poepje en een lakentje over zijn ogen. 
Als hij dan uiteindelijk in slaap valt, is een diepe zucht van mij soms voldoende om hem opnieuw te doen wakker schieten. Zucht...

En dat drinken is ook al geen evidentie. 
Iedereen schreeuwt dat een kind van vier maand volgens een routine moet leven, dutjes op vaste uren en flesjes op vaste uren. Ik kan daar alleen eens goed mee lachen. 
Niel drinkt soms om de drie uur, en de dag erop laat hij plots zeven uur tussen twee flessen. 
En als hij niet wil drinken, dan zal hij ook niet drinken. 
Soms bied je hem een fles aan en wil hij ze absoluut niet, om ze dan na een dutje van drie minuten in één teug leeg te drinken.

Op zich is het voor mij allemaal geen probleem. Ik begin hem goed te kennen en ga zoveel als mogelijk mee in zijn zottigheid (of dat een goed idee is, is nog een heel andere discussie).

Het probleem zit zich alleen in de momenten waarop we niet thuis zijn, met z'n tweetjes, in onze vertrouwde omgeving.
Ik durf op den duur de deur niet meer uit. In de supermarkt krijst hij de boel samen, lekker gênant. 
En mensen zullen zich zeker niet inhouden om zich te komen bemoeien.
In de auto is het ook al niet goed, enkel wanneer hij naast mij op de voorzetel zit, maar dat vind ik eerlijk gezegd niet echt een veilige situatie.
In de drukte, tussen het volk, buiten slaapt hij al helemaal niet. 
En dan zijn daar natuurlijk altijd nog die leuke aanvallen van diarree die toevallig altijd plaatsvinden op verplaatsing en zo ver gaan dat zelf zijn haar vol hangt...

Zelfs als hij niet weent en geen honger heeft of zijn pamper voldoet, loop ik op mijn ongemak omdat ik schrik heb dat zijn houding elk moment kan keren. 
Dus wil ik snel boodschappen doen en snel terug naar huis. 

Bij vrienden of familie langsgaan of blijven plakken? Liever niet, Nieltje slaapt beter in zijn eigen bedje en als hij niet op tijd slaapt, gaat hij helemaal in overdrive.

En zo ben ik veranderd in een echte huismus. En nee, dat vind ik helemaal niet leuk.
Het liefst van al ben ik met hem thuis, omdat buitenshuis komen mij nu enorm veel stress bezorgt.
Waar kan ik zijn fles opwarmen? Waar kan hij slapen? Zal het luid en druk zijn? Zal hij willen drinken? Wat als hij weer zoveel weent?

Ergens probeer ik te aanvaarden dat mijn zoon wel eens een routinebeestje zou kunnen zijn. Spelen in zijn stoeltje met zijn eigen speeltjes of in zijn park met zijn mobile. 
Slapen in zijn eigen bedje, met zijn vertrouwde geluiden en geuren.
En drinken als het past, plat op zijn rug op bed of op de zetel. 
Voor mij is de keuze tussen een blije baby thuis of een ontevreden baby op verplaatsing snel gemaakt...

Hij zal het moeten leren, zeggen mensen dan. 
En ze hebben gelijk.
Maar dan denk ik terug aan dat heerlijk moment vorige week aan de Blaarmeersen, toen ik daar stond met een gillende baby die al zes uur niet meer gedronken had. 
Die zijn fles bijna uit mijn handen sloeg. 
Die niet in zijn buggy wilde en ook niet op de arm. 
Die uiteindelijk heel de boel onder kakte, tot twee keer toe. 
En ik stelde mij op den duur gewoon te janken, uit frustratie. Omdat ik mijzelf de slechtste moeder aller tijden vond. 
Ik stelde mijzelf constant dezelfde vraag: 'wat sta jij hier in godsnaam te doen?'. 
Het kind moest thuis zijn. 

En zo gebeurt het dat ik uitstapjes uit de weg ga. Dat ik hem naar de grootouders probeer te doen als ik eens ergens naartoe moet. 
Ik weet dat veel mensen mij niet zullen verstaan. 
Maar wie het graag eens aan de lijve ondervindt, mag mij altijd bellen, dan doen we samen eens een uitstapje naar de Blaarmeersen!

dinsdag 1 september 2015

1 September

Eén september en die van mij blijft gelukkig thuis, geveld door zijn tweede reeks spuitjes.
Maar ondertussen hebben duizenden kinderen wel de stap gezet vandaag. Voor de eerste keer naar school, voor de eerste keer naar het eerste leerjaar.
Vroeger vond ik het een beetje ergerlijk, de stroom van online foto's van kinderen in hun mooiste kleren en met nieuwe rugzakjes aan aan de schoolpoort.
Nu krijg ik er warm en koud tegelijk van. Het idee dat de dag gaat komen dat ik Nieltje, mijn klein Nieltje, ooit ga moeten droppen op een gigantische speelplaats met een rugzakje aan met boterhammetjes in. Tussen allemaal vreemde kindjes en juffen en meesters.
ZONDER ZIJN MAMA.
Vreselijk gewoon.

Dus aan alle mama's die vandaag hun kleine spruit hebben moeten achterlaten: awel chapeau, you are my hero.

Ik houd mijn ziek vogeltje nog een beetje bij mij.