Veertien weken vlogen voorbij. Nog vijf dagen en ik ga terug aan het werk.
Heb
ik al die weken lopen zagen over hoe ik dat thuis zijn helemaal niet
leuk vind? Ja. Over hoe ik het haat om huismoeder te zijn? Absoluut.
Kan ik elk moment in tranen uitbarsten bij de gedachte dat mijn zwangerschapsverlof er op zit? Honderd keer ja...
Elke
ochtend mijn mannen om 6u30 uit hun bed koteren en ze zo snel mogelijk
eten geven, wassen en aankleden. Ze in snel tempo in de auto steken
zodat ze om zeven uur in de opvang zijn. En ze dan niet meer zien tot
17u30. Elke dag, vijf dagen per week.
Klinkt als de normaalste
zaak ter wereld, want welke werkende moeder moet het niet zo doen, maar
ik ben de laatste twee jaar ferm verwend geweest als het aankomt op
tijd doorbrengen met mijn kroost en ik weet dat dit voor mij een
gigantische aanpassing wordt.
Het is ook alsof het nu pas
tot mij doordringt dat ik nooit meer zo veel weken na elkaar zal kunnen
doorbrengen met mijn jongens. Ook al heb ik het gevoel dat ik er echt
van genoten heb, ik voel me toch immens verdrietig omdat er nu een eind
aan komt. Nu moet ik echt terug naar de realiteit, meedraaien in de
maatschappij, presteren op het werk, mij haasten, duizend-en-één dingen
proberen doen op zo kort mogelijke tijd, mijn huishouden draaiende
houden,... Wanneer ga ik in godsnaam nog tijd hebben om mijn kinderen
groot te zien worden?
Ik heb me wel zo goed mogelijk
voorbereid. De poetsvrouw komt elke twee weken, en mijn strijk neemt ze
er ook bij. Warm eten kunnen David en ik op het werk doen, en de jongens
in de crèche waardoor we 's avonds boterhammen kunnen eten en er niet
meer moet gekookt worden. Want minder koken betekent minder
boodschappen, minder werk, minder afwas en minder opruimen.
Zo kan ik mijn avonden zoveel mogelijk doorbrengen met spelen, boekjes lezen, badjes geven en knuffelen.
En
de weekends? Die zijn voor mij heilig. Tot voor kort plande ik ze met
plezier helemaal vol, nu wil ik niets liever dan ze doorbrengen met mijn
kindjes. En al de rest komt op de tweede plaats.
Maar
laat het feit dat ik mijn mannen ga missen ook het enige zijn dat ik
jammer vind aan terug gaan werken. Want ik werd het gezeul met
wasmanden, het opruimen, de strijk, de was, de plas, de eentonigheid van
het thuis zitten echt wel beu. Ik kijk er dus echt enorm naar uit om
mij terug op de werkvloer te begeven, een nieuwe werkvloer nog wel!
Ik
ga terug naar het UZ, waar ik kinderen met diabetes zal begeleiden. Een
nieuwe afdeling, een nieuw team, een nieuwe uitdaging. Terug naar
school vanaf oktober. Ja, ik heb er eindeloos veel zin in.
We
gaan dus op zoek naar een volledig nieuw evenwicht ten huize De
Lombaerde, hopelijk zonder al te veel tranen van mijn kant. Ik doe mijn
best om te denken aan al die mama's die het mij al voordeden. Ook dit
komt wel goed...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten